jul 252013
 

Aldi_AlanStantonIMO Blog

Supermarkten zijn vooral uit op het zo goedkoop mogelijk inkopen van producten, zodat men voor een scherpe prijs kan verkopen en liefst nog een redelijke winstmarge heeft. De moraal komt op zijn best op de tweede plaats. Na veel gelobby en consumentenacties lukt het organisaties soms om veranderingen af te dwingen, zoals Wakker Dier heeft gedaan wat betreft de ‘Plofkip’. Het gaat dan doorgaans om zaken waarover veel onvrede is in de samenleving en supermarkten er belang bij hebben de klant enigszins tegemoet te treden.

Vaak lukt het echter niet om algemeen ervaren onrecht, zoals producten die met kinderarbeid of onder anderszins erbarmelijke omstandigheden zijn gemaakt, via supermarkten of grote winkelketens aan te pakken. Er brak een storm van verontwaardiging los nadat kledingateliers in Bangladesh instortten (en er eerder al brand uitbrak) en honderden naaisters werden bedolven onder het puin, er werd een halfzacht protocol opgesteld dat winkelketens vrijwillig konden tekenen, en inmiddels horen we er niet meer over. Ook de plofkip is overigens nog niet echt de winkel uit. Er worden boontjes verkocht uit landen waar men honger lijdt, bananen van plantages waar grof met gif wordt gespoten en hazelnoten die met kinderhanden zijn geplukt. We horen er eens wat over in een reportage op TV, roepen verontwaardigd dat zoiets toch niet zou moeten kunnen en letten in de super vervolgens vooral op de aanbiedingen.

Ik geloof niet dat er veel minder spijkerbroeken zijn verkocht sinds Canvas een paar maanden terug een reportage uitzond over de abominabele werkomstandigheden waaronder die door tieners in India en Bangladesh worden gemaakt. Er staan geen actiegroepen voor de H&M en C&A die de klanten oproepen bepaalde kleding te boycotten, en er is geen discussie over het labelen van producten waarvan niet gegarandeerd kan worden dat ze onder fatsoenlijke omstandigheden zijn gemaakt. Ook werkt de EU niet aan dergelijke labels en richtlijnen, en landen als Bangladesh en India worden niet onder druk gezet om hun producten te labelen en te bewijzen dat ze koosjer zijn. De consument die met een zuiver geweten kleding wil kopen moet naar dure speciale winkels of via internet zijn bestellingen doen, na eerst de website van de Schone Kleren Campagne goed te hebben bestudeerd.

Dit alles in tegenstelling tot het Echte Onrecht, het Echte Probleem, namelijk het feit dat Israel een gebied ter grootte van de provincie Gelderland bezet houdt en daar nederzettingen heeft gebouwd voor de eigen bevolking. Ik geef toe, het is niet netjes om dorpen en steden te bouwen op grond waarover nog onderhandeld moet worden en waarvan de juridische status onduidelijk is. Het is één ding om gebied te veroveren in een oorlog die door je vijanden is begonnen met het doel je van de kaart te vegen, het is ook nog wel begrijpelijk dat je op die plekken waar jouw eigen mensen in een eerdere oorlog werden verdreven weer gemeenschappen op hebt gezet, maar om dan ook nog eens midden tussen de mensen die er wonen en van jouw bezetting niks moeten hebben hele steden uit de grond te stampen met het doel om dit gebied nooit meer af te hoeven staan, dat is op zijn zachtst gezegd nogal brutaal. Dit Onrecht dus, houdt de gemoederen pas echt bezig en de anti-Israellobby heeft verschillende supermarkten en de Hema blijkbaar zo ver gekregen dat zij geen producten meer uit de nederzettingen willen verkopen. De Schone Kleren Campagne kan er een puntje aan zuigen, maar ik heb zo’n vermoeden dat die niet de middelen, subsidies en kontakten hebben van de anti-Israellobby.

In tegenstelling tot plofkippen en kinderarbeid is dit een omstreden zaak: hoewel steeds meer mensen voor sancties tegen Israel zijn ligt een boycot, ook als het daarbij slechts om producten uit de nederzettingen gaat, gevoelig. Velen ervaren dit als onrechtvaardig, buitenproportioneel (er worden sowieso niet veel producten uit nederzettingen verkocht en er is zoals gezegd erger onrecht) en eenzijdig, want aan Arabische landen die het met de mensenrechten niet zo nauw nemen worden geen eisen gesteld. Andere betwiste gebieden zoals de Westelijke Sahara, Noord-Cyprus, Tibet etc. blijven ook buiten beschouwing. Het is vooral een symbolische maatregel, bedoeld om een signaal af te geven, namelijk dat Israel de boosdoener en veroorzaker van de problemen is en aangepakt moet worden. De harde kern van de zogenaamde BDS (“boycot, desinvestment and sanctions”) beweging is dan ook helemaal niet voor vrede, een tweestatenoplossing en een compromis, zoals ik eerder heb aangetoond.

De betreffende supermarkten en de Hema waren zelf zo geschrokken van de reacties dat ze terugkrabbelden. Het begon allemaal met een behoorlijk suggestief artikel in Trouw afgelopen maandag, waarin het vuurtje lekker werd opgestookt. Men had besloten een belronde te houden langs verschillende supermarkten om te vragen of ze producten uit de nederzettingen verkopen. Wetende dat dit voor velen als Doodzonde geldt, antwoordden Aldi, Jumbo en Hoogvliet dat men deze producten uit de winkel weert. In reactie op de commotie die vervolgens ontstond, ook in internationale media, zei men dat Trouw hen verkeerd had begrepen (Hoogvliet), dat men zich had vergist (Aldi) en dat men geen politiek wil bedrijven of zich in politieke zaken mengen (allemaal). Ook verklaarden ze alle drie heel toevallig geen producten uit de nederzettingen in de schappen te hebben liggen, maar van een boycot is geen sprake.

Of toch? Jumbo verklaart in een mail aan Trouw: Jumbo Supermarkten vraagt haar leveranciers, die producten uit Israël betrekken, geen producten uit door Israël bezette gebieden te betrekken en dit ook formeel te bevestigen”. De Hema verklaarde op de radio ‘uit principe’ geen producten uit de nederzettingen in de schappen te hebben liggen. Het gaat dan met name om wijn uit de Golan, waaruit maar weer eens blijkt hoe alles over een kam wordt geschoren, want de Golan heeft een andere status dan de Westoever en je kunt je afvragen hoe prangend het is Israel onder druk te zetten dit gebied terug te geven aan een land waar een bloedige burgeroorlog heerst en zowel de regering als de rebellen al vele duizenden burgers hebben gedood waaronder honderden Palestijnse vluchtelingen.

Dat lijkt dus verdacht veel op een boycot. Als men geen politiek wil bedrijven, waarom dan niet ook producten uit de nederzettingen verkopen voor die mensen die dat wel willen? Het zijn er wellicht niet veel, maar ze zijn er zeker. ‘Maar is het, los van wat men al dan niet tegen ander onrecht onderneemt, niet goed dat men hier wat aan wil doen?’, zo werpen sommigen tegen. Nee. Het past naadloos in de doorgeschoten kritiek op en hetze tegen Israel. De kolonisten gelden tegenwoordig zo ongeveer als de grootste bedreiging van de wereldvrede en dat slaat nergens op. Een kleine minderheid houdt er extreme ideeën op na en treitert de Palestijnen, en Israel zou die groep harder moeten aanpakken. Daar is in eigen land ook veel onvrede over, want anders dan de media het vaak voorstellen is een meerderheid van de bevolking deze mensen meer dan zat. Maar daar zal een boycot niet tegen helpen, integendeel. Het zal de nationalistische sentimenten in Israel juist aanwakkeren, en de sympathie voor de kolonisten (die onder ‘gewone’ Israeli’s ook niet bijster groot is) eerder doen toenemen.

Dat Israel bijbouwt in gebied dat het wellicht op zal moeten geven voor een Palestijnse staat is bepaald onverstandig, maar dat kan beter politiek worden opgelost, in vredesbesprekingen die John Kerry met veel moeite weer op gang probeer te brengen. Boycots zullen niet bevorderlijk zijn voor een goed klimaat waarin beide partijen concessies doen. De Palestijnen worden gesterkt in de idee dat ze hun eisen op een presenteerblaadje aangereikt zullen krijgen en daar niks voor hoeven opgeven. Israel raakt gesterkt in haar gevoel dat iedereen tegen ze is en men op niemand dan zichzelf kan vertrouwen. Dit geldt ook voor andere anti-Israel maatregelen zoals de nieuwe EU richtlijnen en de almaar herhaalde mantra dat de nederzettingen het grootste obstakel voor vrede zijn. Uiteindelijk worden ze dat zo ook, met dank aan de anti-Israel lobby.

Supermarkten en andere winkels kunnen zich inderdaad beter niet met politiek inlaten. Ze moeten doen waar ze goed in zijn: producten aanbieden tegen een redelijke prijs, zonder daarbij mens en milieu onnodig te schaden. Zorg voor een goede kwaliteit, betaal en behandel je personeel fatsoenlijk, biedt ook biologische en vegetarische producten aan, zorg ervoor dat producten niet met kinderarbeid en anderszins onder beroerde omstandigheden zijn gemaakt, en laat de politiek over aan anderen. Dat alles al moeilijk genoeg. Laat het Israelisch-Palestijns conflict vooral buiten de muren van de supermarkten (en andere winkels) woeden.

Het is overigens niet terecht nu alleen boos naar de supermarkten te wijzen, die duidelijk op dit idee kwamen vanwege de aanhoudende discussie over de etikettering van producten uit de nederzettingen en de suggestieve media berichtgeving. Den Haag en Brussel kunnen hun energie beter richten op het welslagen van de -mogelijk- nieuwe vredesbesprekingen dan op het eenzijdig in de beklaagdenbank zetten van een van beide partijen en het vooruitlopen op de resultaten daarvan.

Ratna Pelle

 

Share