Hamas

de Islamitische Verzetsbeweging

Laatste update 1-9-2009


 Hamas oprichter Sjeik Yassin

Inleiding en geschiedenis

Het woord ‘hamas’ is Arabisch voor vuur, kracht, ijver. Het is een acroniem voor Harakat al-Muqawima al-Islamiyya: ‘Islamitische Verzetsbeweging’. De oprichters van Hamas waren Ahmad Yassin, Abd al-Fattah Dukhan, Muhammed Shama, Ibrahim al-Yazuri, Issa al-Najjar, Salah Shehadeh (uit Beit Hanoun), Abd al-Aziz Rantisi en Dr. Mahmoud Zahar.

Hamas werd opgericht in 1987 in de Gazastrook als de gewapende vleugel van de Palestijnse tak van de Moslim Broederschap, een oorspronkelijk in 1928 in Egypte opgerichte beweging van de fundamentalitische onderwijzer sjeik Hassan al-Banna. In 1945 was de eerste Palestijnse afdeling opgericht, en in 1947 waren er al 27 afdelingen, met tussen de 12.000 en 20.000 leden. De Moslimbroederschap ijvert voor de stichting van een islamitische staat in heel het Midden-Oosten. In Palestina werd zij onder andere geleid door de moefti van Jeruzalem, Haj Amin Al Husseini, die tijdens de Tweede Wereldoorlog met de nazi’s collaboreerde en verschillende opstanden tegen de Joden en de Britten had geleid. De Broederschap richtte zich vooral op islamisering van de samenleving door islamitisch onderwijs en allerhande sociale instellingen; het waren met name seculiere nationalisten die de gewapende strijd tegen Israël voerden.

In 1973 was in de Gazastrook Al Mujama al Islami opgericht, het islamitisch centrum, als onderdeel van de Moslim Broederschap, onder leiding van sjeik Achmed Yassin. Ook dit centrum richtte zich met name op onderwijs en liefdadigheid, maar richtte zich in de jaren ’80 meer en meer tegen seculiere Palestijnen, en viel cafés en gokhuizen aan, waardoor het in conflict raakte met de PLO. Israël steunde Mujama aanvankelijk, als tegenwicht tegen de PLO, en liet toe dat men een wapenvoorraad opbouwde. Mujama verkreeg de macht over de nieuwe universiteit van Gaza, geopend nadat Egypte haar universiteiten sloot voor Gazanen vanwege Palestijnse protesten tegen de Camp David Akkoorden (vredesverdrag tussen Israël en Egypte), en legde hier islamitische regels op zoals gescheiden ingangen voor mannen en vrouwen en het verplicht dragen van de sluier. Buiten de universiteit had Mujama echter maar een beperkte aanhang, zo’n 2.000 mensen in 1985. De steeds politieker wordende activiteiten van Mujama brachten haar met Israël in conflict, en verschillende leden werden opgepakt, waaronder Yassin. Overigens was begin jaren ’80 de Islamitische Jihad al van de Broederschap afgesplitst uit onvrede met het te gematigde beleid.

In 1987 werd de Hamas opgericht als militaire vleugel van Mujama om aan de eerste intifada deel te kunnen nemen. De PLO had aanvankelijk niet veel vat op de intifada omdat het leiderschap ver weg in Tunis zat, en hier maakte Hamas handig gebruik van. Beide groeperingen claimden het leiderschap van de intifada en beconcurreerden elkaar met pamfletten en oproepen tot stakingen en demonstraties. Onder leiding van Fatah was de Unified National Leadership of the Uprising (UNLU) gecreëerd, maar het nieuwe Hamas won snel aan populariteit. 

Israël beschouwde Hamas aanvankelijk vooral als een sociale hervormingsbeweging, en achtte het daarom legitiem om ermee samen te werken om de invloed van de PLO tegen te gaan. Mahmoud Zahar en Rabin hebben elkaar verschillende keren ontmoet. Aan deze contacten kwam een einde met de ontvoering van en moord op Israëlische soldaten door Hamas in 1989, waarna zij door Israël werd verboden en Ahmed Yassin en andere Hamas activisten gearresteerd. Hamas was voor Israël echter moeilijk te infiltreren vanwege het zogenaamde cellen systeem en omdat er aanvankelijk drie verschillende vleugels waren: een politieke, militaire en een gericht op inlichtingen en veiligheid.

In tegenstelling tot de PLO steunde Hamas in 1990 niet Saddam Hoessein toen Irak in de Eerste Golfoorlog Koeweit binnenviel, en meende Hamas dat zowel Irak als Amerika zich moesten terugtrekken. Daarom verruilden de Golfstaten, met name Saoedi-Arabië, hun steun voor de PLO in steun voor Hamas, en was Hamas in staat de rol van sociale weldoener van de PLO over te nemen door de uitbreiding van haar netwerk van sociale instituties, waardoor haar populariteit onder de bevolking toenam. Hoewel er aanvankelijk sprake was van spanningen tussen Hamas en de PLO, en die soms zelfs tot openlijke confrontaties leidde, werden verschillende verzoeningsgesprekken gehouden waar men beloofde geen geweld tegen elkaar te gebruiken.

De PLO pakte Hamas niet met harde hand aan, ook niet na het tekenen van de Oslo Akkoorden. Hamas was fel tegenstander van het Oslo vredesproces en organiseerde hier demonstraties tegen, maar startte bovenal in 1994 een jarenlange campagne van goed getimede zelfmoordaanslagen in Israël. Hamas was inmiddels toegetreden tot de in Damascus gevestigde Democratic and Islamic National Front, een verbond van verschillende Palestijnse organisaties die tegen het vredesproces waren. Pas in 1996, na een serie zelfmoordaanslagen die eraan bijdroegen dat Netanjahoe de verkiezingen won, trad de Palestijnse Autoriteit op tegen Hamas en nam honderden activisten gevangen. Dit heeft Hamas echter niet wezenlijk verzwakt of verslagen, en de activisten die gevangen werden genomen werden na enige tijd weer vrijgelaten. Men was inofficieel een soort modus vivendi overeengekomen, waarbij Hamas relatief met rust werd gelaten zolang het zich slechts op Israël, en niet op de PLO of de Palestijnse Autoriteit richtte. Later sloot Hamas zich bij het seculiere en islamitische front van Marwan Barghouti aan.

De militaire en politieke vleugel waren semi-autonoom, en halverwege de jaren ’90 ontstonden er serieuze conflicten over de vraag of Hamas wel of niet mee moest doen met de verkiezingen voor de Palestijnse Wetgevende Raad. Arafat maakte hier handig gebruik van door met de politieke vleugel te praten en haar deelname aan de verkiezingen aan te moedigen terwijl men de militaire vleugel bestreed. Terwijl Hamas kandidaten (op eigen titel, want men kon het niet eens worden over officiële deelname) deelnamen aan de verkiezingen, bliezen leden van de militaire vleugel bussen en restaurants op.

Bij het begin van de tweede intifada liet Arafat de meeste nog gevangen zittende Hamas leden vrij en werkte samen met Hamas bij het plegen van aanslagen op Israëlische doelen. De National and Islamic Forces coalitie werd gevormd, een uit 13 groeperingen bestaande coalitie waaraan onder andere Fatah, Hamas en Islamitische Jihad deelnamen. Hamas pleegde tientallen zelfmoordaanslagen, waarbij honderden Israëli’s, vooral burgers, omkwamen. Israël trad op zijn beurt hard op tegen zowel de Hamas als de PA, die men evenzeer verantwoordelijk hield voor het geweld, en begon zijn politiek van gerichte uitschakeling van leiders van Hamas. De PLO sprak zich openlijk uit voor de gewapende strijd en hitste de bevolking op tegen Israël. Ook op dit gebied werkte men samen met Hamas. Zo zond de officiële PA TV ook preken uit van Hamas sjeiks, zoals in 2003 van Ibrahim Mudayris, waarin hij zei dat Allah’s vloek op de Joden ligt, zij verantwoordelijk zijn voor burgeroorlogen over de gehele wereld en hij oproept tot het reinigen van Palestina van de Joden.
  Hamas terroriste poseert met kind

Hamas aanslagen en Israëlische tegenacties

NB deze lijst is verre van uitputtend en beschrijft slechts een klein deel van alle aanslagen en tegenacties.

Na reeksen van aanslagen met messen en geweren vindt in april 1993 de eerste zelfmoordbomaanslag van Hamas plaats op de Westoever. In december van dat jaar wordt een kolonistenfamilie bij Hebron aangevallen, waarbij ondermeer een boezemvriend van de Joodse extremist Baruch Goldstein omkomt. Deze neemt in februari 1994 wraak door 29 Arabieren dood te schieten in een moskee in Hebron. Vanaf april 1994 volgt een campagne van bomaanslagen binnen Israël door zelfmoordterroristen van Hamas, die jarenlang zal voortduren.

In 1996 liquideert Israël Yehyeh Ayash, de chef-bommenmaker van Hamas, met een van een bom voorziene mobiele telefoon. De PA vernoemt daarop een plein in Jericho naar hem. Bij twee zelfmoordaanslagen in bussen in Jeruzalem komen in februari en maart 35 Israëli’s om en vallen 60 gewonden.

In 1997 mislukt een poging van Israël om Hamas leider Khaled Meshaal, die dan is gevestigd in Amman (tegenwoordig in Damascus), met een gifinjectie te liquideren. Israël wordt gedwongen tegengif te leveren en de gevangen zittende Hamas leider Achmed Yassin vrij te laten in ruil voor vrijlating van de eigen agenten. Nadien vinden er enkele jaren geen Hamas zelfmoordaanslagen meer plaats, maar het is niet duidelijk of daartussen een verband is.

Na het vastlopen van de vredesonderhandelingen in de zomer van 2000 start de Tweede Intifada. Vanaf december van dat jaar voert Hamas de aanslagen op Israëlische burgerdoelen weer op na een paar jaar van relatieve rust. In juni 2001 vallen bij een Hamas aanslag op een discotheek in Tel Aviv 22 doden en bijna 120 gewonden. Bij een aanslag op een pizzeria in Jeruzalem in augustus vallen 15 doden en 130 gewonden. Bij het opblazen van een bus in Haifa in december komen eveneens 15 mensen om.

Op 27 maart 2002 komen bij een Hamas aanslag op het Park Hotel in Netanja tijdens een Pesach viering 30 Israëli’s om en raken er 130 gewond. In totaal vallen er in maart 120 doden bij aanslagen, en op 28 maart begint Israël de operatie Defensive Shield, waarbij de grote steden op de Westoever worden herbezet en vele terroristische cellen ontmanteld. In juni komen bij een zelfmoordaanslag op een bus in Jeruzalem 19 mensen om en vallen 74 gewonden. In juli liquideert Israël Hamas leider Saleh Shahadeh, waarbij ook zijn vrouw en 9 kinderen omkomen.  Bij twee zelfmoordaanslagen op bussen in Jeruzalem in juni en augustus vallen 40 doden en meer dan 200 gewonden. Israël liquideert daarop Hamas topman Ismail Aboe Sanab; een poging om Yassin te liquideren mislukt.

Na aanslagen in Jeruzalem en Ashdod liquideert Israël in april 2004 achtereenvolgens Yassin en Rantisi. Ondanks dreigementen met wraak slaagt Hamas er pas na bijna 5 maanden in weer een aanslag te plegen, een dubbele zelfmoordaanslag op twee stadsbussen in Beersheva, waarbij 16 doden en bijna 100 gewonden vallen.

In 2005 en de daaropvolgende jaren neemt het aantal (zelfmoord)aanslagen verder af. Dit is vooral het resultaat van de succesvolle Israëlische strijd tegen de terroristische organisaties en de bouw van de veiligheidsbarrière. In januari 2005 zijn Hamas en andere organisaties een periode van ‘kalmte’ overeengekomen, nadat Hamas bekend had gemaakt aan de parlementsverkiezingen deel te nemen. In februari kwamen Sharon en Abbas een staakt-het-vuren overeen. Eind 2005 eindigt de ‘kalmte’, maar ook in de tussentijd zijn verschillende aanslagen gepleegd en een groter aantal verijdeld, door zowel Hamas als de Islamitische Jihad (bijvoorbeeld op 25 februari, 12 juli, 28 augustus, 26 oktober). In september heeft Hamas een zakenman in Jeruzalem ontvoerd. Ook zijn er in 2005 vanuit de Gazastrook 377 raketten afgevuurd op Israël. Bovendien zijn zowel in 2005 als 2006 honderden would-be zelfmoordterroristen opgepakt, zowel van de Islamitische Jihad als Hamas, en tientallen aanslagen op het allerlaatst verijdeld, wanneer de terrorist de explosieven al om had en op pad was. Volgens Israël was er überhaupt geen sprake van verminderde activiteit van de gewapende facties en de beweringen van sommige journalisten, vredesactivisten maar ook Wikipedia, dat Hamas zich bijna anderhalf jaar aan een eenzijdig staakt-het-vuren hield, zijn dan ook onjuist. Leden van terroristische organisaties hebben zich erover beklaagd dat het de laatste jaren veel moeilijker is geworden om nog een zelfmoordaanslag in Israël uit te voeren.

Tegenover de afname aan zelfmoordaanslagen staat een toename van raketbeschietingen vanuit Gaza, eerst vooral op de nederzettingen, en na de ontruiming op Sderot en andere plaatsen in Israël. Er zijn sinds de ontruiming in 2005 al duizenden raketten op Israël afgevuurd, en circa 250.000 Israëli’s leven binnen de ‘vuurlinies’. Ook is de wapensmokkel na de Israëlische terugtrekking sterk toegenomen, vooral vanuit Egypte naar de Gazastrook. 

Strijd tussen Hamas en Fatah

Hamas was tijdens de tweede intifada niet alleen militair maar ook politiek actief, en probeerde het PA leiderschap van de PLO over te nemen. De liquidatie van Hamas leider Yassin in april 2004 vergrootte haar populariteit, en intensieve onderhandelingen over deelname aan de PA regering en de PLO volgden. Nadat de VS (1995) en later ook de EU (2001/2003) Hamas op de lijst van verboden terroristische organisaties zetten, staakte Saoedi-Arabië haar steun aan Hamas, en werd Iran haar belangrijkste financier. In 2001 sprak de Iraanse ayatollah Khamenei zijn steun uit voor de intifada, en uit door Israël buitgemaakte documenten in 2002 bleek dat er intensieve contacten waren tussen Iran, Hamas en de Islamitische Jihad, en Iran hen expliciet opdroeg om aanslagen te plegen. Na de verkiezingsoverwinning van Hamas kondigden Iran en Hamas een formele samenwerkingsovereenkomst aan, met als doel Israël van de kaart te vegen.

In januari 2005 waren er presidentsverkiezingen en volgde Abbas Arafat op als president van de PA (hij was hem in november al als PLO-voorzitter opgevolgd). De Israëlische terugtrekking uit de Gazastrook, van zowel het leger als circa 8.000 kolonisten, vergrootte de populariteit van Hamas opnieuw, die dit als een overwinning van haar ‘gewapende strijd’ presenteerde, en maakte het makkelijker zich in Gaza te bewapenen. Na de terugtrekking ontstond er bovendien een machtsvacuüm in Gaza, dat aanvankelijk door verschillende gewapende groepen, bendes en clans werd opgevuld, maar waarin Hamas steeds dominanter werd. Nadat Hamas in 2006 de verkiezingen won, bouwde het, ondanks protesten van Abbas, een eigen militie op in Gaza, de zogenaamde Executive Force.

In januari 2006 won Hamas tot veler verrassing de verkiezingen voor de Palestijnse wetgevende raad (PLC). Zij haalde met 45% van de stemmen niet de absolute meerderheid, maar doordat voor Fatah verschillende kandidaten in dezelfde districten meededen die dus elkaar beconcurreerden kreeg Hamas wel de absolute meerderheid in de PLC (74 van de 132 zetels). Fatah werd door Hamas uitgenodigd om een coalitie-regering te vormen. Abbas weigerde dit, en eiste dat Hamas de eerder door de PLO gesloten akkoorden met Israël honoreerde, maar dit werd door Hamas afgewezen. Onderhandelingen op basis van het zogenaamde gevangenendocument, een verklaring opgesteld door Palestijnse gevangenen in Israël, behorende tot verschillende facties, mislukten. Hamas vormde op 29 maart de nieuwe regering met Ismail Haniyeh als premier.

De internationale gemeenschap boycotte deze regering zolang Hamas niet bereid was Israël te erkennen, het geweld af te zweren en eerdere door de PLO gesloten akkoorden te eerbiedigen. Ondanks deze boycot nam de financiële steun voor de Palestijnen niet af, maar werd de nieuwe PA regering omzeild via het zogenaamde TIM mechanisme, waarmee geld en humanitaire hulp via president Abbas, individuele PA functionarissen en NGO’s bij de Palestijnen terecht kwam.

Onderhandelingen tussen Hamas en Fatah over een staakt-het-vuren met Israël en de vorming van een eenheidsregering liepen meermaals vast, met name omdat Hamas zich onverzoenlijk opstelde. Volgens sommigen was Fatah toen al ernstig verzwakt, onder andere door harde Israëlische represailles tijdens de tweede intifada. De Hamasregering en president Abbas raakten in een machtsstrijd verwikkeld over de veiligheidsdiensten en het buitenlandse beleid, en de spanningen leidden geregeld tot gewelddadige confrontaties tussen aanhangers van beide partijen.

In juni 2006, een paar weken voor de Tweede Libanon Oorlog begon, ontvoerde Hamas een Israëlische soldaat. Israël sloeg hard terug met een maandenlange militaire campagne in de Gazastrook die niet leidde tot bevrijding van de soldaat, noch de raketbeschietingen stopte, maar wel honderden Palestijnse doden tot gevolg had. Nadat in november enkele granaten per ongeluk een school troffen en er circa 20 doden vielen, zag Israël zich gedwongen voorlopig van verdere militaire actie af te zien en werd een staakt-het-vuren overeengekomen met de Palestijnen, dat echter al op de eerste dag door Hamas (en Islamitische Jihad) werd geschonden door raket- en mortiergranaat beschietingen. Op 24 april 2007 zei Hamas het bestand op.

Vanaf november 2006 namen de onderlinge gevechten tussen aanhangers van Fatah en Hamas in de Gazastrook toe. Onder bemiddeling en druk van Saoedi-Arabië werd in februari 2007 alsnog een Palestijnse eenheidsregering van Hamas en Fatah gevormd. Zelfs deze kon geen einde aan de gevechten maken, en in juni 2007 verdreef Hamas Fatah uit Gaza. In minder dan een week tijd veroverde het hardhandig alle Fatah instellingen: Fatah strijders werden van daken gegooid en uit ziekenhuizen gesleurd en in het bijzijn van vrouw en kinderen geliquideerd. Duizenden Fatah strijders vluchtten de grens met Egypte over en probeerden zelfs Israël binnen te komen. De Hamas strijders bleken zowel beter georganiseerd als meer gemotiveerd om te vechten. Ze confisceerden grote hoeveelheden wapens die Fatah van onder andere de VS had gekregen om zich tegen Hamas staande te houden. Volgens zowel Israëlische en Palestijnse bronnen zou Hamas Fatah ook kunnen verslaan op de Westoever als Israël die zou ontruimen.

 Zie ook: De Gaza Oorlog (dec. 2008-jan. 2009)

Internationale reacties en verkiezingen

Terwijl Hamas door de VS in 1995 als terroristische organisatie werd bestempeld, volgde Europa pas in 2001 wat betreft de militaire vleugel en in 2003 de politieke tak. Dit is tekenend voor de dubbele houding van de EU wat betreft Hamas: enerzijds veroordeelt men haar terroristische aanslagen en compromisloze houding ten aanzien van Israël en het vredesproces, anderzijds ziet men Hamas ook als een sociale beweging, als een beweging die veel steun heeft onder de Palestijnse bevolking en die, net als Fatah indertijd, zich wellicht zal matigen als zij serieus genomen wordt en internationale erkenning krijgt. De verkiezingsuitslag bracht dit dilemma aan de oppervlakte, zoals bijvoorbeeld blijkt uit het omstreden WRR rapport uit maart 2006, dat een duidelijk onderscheid maakte tussen de politieke en militaire vleugel van Hamas, en vervolgens stelde:

“Maar het is voor het vredesproces en de ontwikkeling van de regio onproductief Hamas uitsluitend als terroristische beweging te beschouwen, zijn democratisch gekozen politieke leiders ondanks de massale verkiezingsoverwinning van januari 2006 tot in lengte van dagen te isoleren en daarmee de verantwoordelijkheid te ontnemen voor een constructieve rol in het Israëlisch-Palestijns conflict. De beweging heeft grote populariteit verworven onder de bevolking, voor een belangrijk deel dankzij sociale dienstverlening en het aan de kaak stellen van corruptie.”

Men sprak vervolgens de verwachting uit dat Hamas zich zal matigen, en bepleitte Hamas het voordeel van de twijfel te geven.

Politici in Europa en de VS zagen zich voor een dilemma gesteld: enerzijds vond men dat men de uitkomst van democratische verkiezingen moest respecteren, anderzijds dat men geen regime kan steunen of erkennen dat de gewapende strijd tegen Israël voorstaat. In feite was de deelname van Hamas aan de verkiezingen, door de VS doorgezet ondanks Israëlische protesten, in strijd met de Oslo Akkoorden, waarin o.a. staat dat ‘de nominatie van alle kandidaten, partijen of coalities die zich aan racisme schuldig maken of dat propageren of die de implementatie van hun doelstelling met onwettige of niet-democratische middelen nastreven’, moet worden geweigerd of ongedaan gemaakt.

Bush vertolkte de Amerikaanse positie als volgt: “wij steunen het verkiezingsproces, wij steunen democratie, maar dat betekent niet dat wij verplicht zijn om regeringen te steunen die als gevolg van de democratie gekozen worden”. Officieel houdt de EU tot de dag van vandaag vast aan de drie eisen: erkenning van Israël, afzweren van het geweld, en naleven van de eerder door de PLO met Israël gesloten akkoorden. Maar, zoals uit het WRR rapport blijkt, gaan er ook stemmen op om Hamas positiever te benaderen, en parlementariërs uit verschillende landen hebben contact met Hamas leden gezocht, zoals Nederlandse parlementariërs van de PvdA, GroenLinks en de SP in Damascus tijdens een officiële missie naar het Midden-Oosten. Veel betekenis wordt toegekend aan het feit dat Hamas meermaals een (langdurig) bestand aan Israël heeft aangeboden, en aan het feit dat het aantal zelfmoordaanslagen drastisch is afgenomen. Ironisch is dat men tegelijkertijd Israël vanwege de ‘muur’ en de checkpoints fel bekritiseert, terwijl Hamas krediet krijgt voor de relatieve rust die feitelijk het resultaat is van de afscheidingsbarrière en de checkpoints.

Er is veel discussie over de precieze positie van Hamas, of het heel Palestina wil bevrijden of zich ook neer zou leggen bij een staat binnen de 1967 grenzen, en of de deelname aan de verkiezingen duidt op een matiging van standpunten. Steeds meer mensen vinden bovendien dat de boycot van Hamas moet worden opgeheven omdat die ‘contraproductief’ zou zijn en zij hoe dan ook een belangrijke speler in het veld is die betrokken moet worden bij de onderhandelingen.
Uit zowel het handvest van Hamas, uitlatingen van Hamas leiders en TV programma’s als de Pioniers van Morgen komt een heel ander beeld naar voren dan in de media in Nederland en andere Europese landen wordt geschetst. Er wordt openlijk opgeroepen tot bevrijding van heel Palestina, het doden van zoveel mogelijk Israëli’s, en de Jihad als heilige plicht. Regelmatig wordt de Holocaust ontkend, en de situatie van de Palestijnen de ‘ware Holocaust‘ genoemd, zoals recentelijk tijdens een Israëlische operatie in Gaza.

Bij de discussie of Hamas zich aan het matigen is wordt bovendien haar sterk islamitische karakter gebagatelliseerd, en zij als een soort westerse beweging à la RAF of ETA voorgesteld. Los van het feit dat ook deze bewegingen geen lieverdjes waren en vele doden op hun geweten hebben, richtten zij zich primair op politici, ETA waarschuwde voor aanslagen om burgerdoden te voorkomen, en hebben zij een seculier karakter.

De scheiding tussen politieke en sociale activiteiten enerzijds en militaire anderzijds is misleidend. Het sociale netwerk wordt namelijk mede gebruikt om mensen voor de heilige strijd te rekruteren en de Hamas ideologie uit te dragen. Nabestaanden van zelfmoordaanslagen worden erdoor onderhouden. Het is dan ook onjuist om bijvoorbeeld sjeik Yassin slechts als spiritueel leider neer te zetten zoals de media deden: hij riep direct op tot het plegen van aanslagen, en juist vanwege zijn positie als geestelijk leider had hij veel invloed.

Een andere reden waarom sommige Westerlingen onderhandelingen met Hamas bepleiten is dat zij menen dat Hamas op meer steun onder de Palestijnse bevolking kan rekenen en bovendien (mede daardoor) beter in staat is de orde te handhaven. Zoals Sharon beter nederzettingen kan ontruimen dan iemand van links, zo zou Hamas beter een einde kunnen maken aan de aanslagen. Het is een aantrekkelijke gedachte, maar de eerste voorwaarde is natuurlijk dat de organisatie dat ook wil. Sharon zou nooit de grote blokken en Oost-Jeruzalem hebben ontruimd, en de ontruiming van Gaza was alleen mogelijk omdat een meerderheid van de bevolking erachter stond en de VS het plan steunde. Zolang Hamas geen tekenen van matiging vertoont, zolang zelfmoordaanslagen en ander geweld door een grote groep worden gesteund, zolang geweld tegen Israëli’s en Joden wordt verheerlijkt in Palestijnse media, en de VN niet tot duidelijke veroordelingen komt door de macht van het islamitische blok, zijn dit soort ideeën wishful thinking.

Zoals al eerder aan de orde gekomen wordt Hamas gesteund door Iran. Het gaat hier om meer dan ideologische steun, maar om grote sommen geld, wapens en training. In ruil daarvoor heeft Iran een beslissende invloed op het handelen van Hamas. De Hamas regering in Gaza heeft dus veel minder macht dan veelal wordt gedacht. De in Damascus verblijvende hardliner Khaled Meshaal is de hoogste man, en hij is afhankelijk van zowel Syrië als Iran. Het is meerdere keren voorgekomen dat Meshaal een compromis, hoe onrealistisch het voor Israël ook was, toch torpedeerde omdat het hem te gematigd was.

 Hamas parade in de Gazastrook

Handvest, islamitische concepten

In het Handvest van Hamas, dat uit 1988 dateert en sindsdien ongewijzigd is gebleven, staat de doelstelling, werkwijze en strategie uitgebreid beschreven. Dit wordt samengevat onder het motto:

“Allah is haar doel, de Profeet Mohammed is haar voorbeeld, de Koran haar grondwet, Jihad haar pad en sterven voor Allah haar meest verheven wens.”
(artikel 8 van het handvest)

De belangrijkste doelstelling is de bevrijding en het onder islamitisch bestuur brengen van Palestina, en de Jihad is hiertoe het enige middel en tevens de plicht van iedere moslim. Het handvest beschrijft het ‘wereldzionisme’ als een machtige beweging, die de financiële bronnen en de media in de Westerse landen controleert en uit is op wereldheerschappij. De Joden worden verantwoordelijk gehouden voor de Franse en de Russische revolutie en de beide wereldoorlogen, en het oprichten van de Verenigde Naties met als doel de wereld te regeren. Het beroept zich hiervoor onder andere op de Protocollen van de Wijzen van Zion, een antisemitisch geschrift uit tsaristisch Rusland.

De ideologie van Hamas is totalitair: alles wordt ondergeschikt gemaakt aan het doel, het onder islamitische heerschappij brengen van Palestina. Onderwijs, media, religie, kunst moeten allen hierop gericht zijn. Ook wordt de Hadith (overlevering van het leven en handelen van de Profeet) aangehaald waarin staat beschreven dat voor het Einde der Tijden kan aanbreken, de moslims de Joden moeten hebben verslagen:

“De Profeet Mohammed, moge Allah hem zegenen en hem vrede geven, zegt: ‘De tijd van het oordeel zal niet aanbreken totdat de moslims de joden zullen bevechten en hen zullen doden; bij gevolg waarvan de joden zich achter rotsen en bomen zullen verstoppen. En iedere boom en steen zal zeggen: ‘O moslim, o slaaf van Allah, achter mij zit een jood, kom hier en dood hem!’behalve de gharkadboom, want dat is een joodse boom.’ “

Hoewel Hamas leden zich in het openbaar niet in dergelijke extreme bewoordingen uitlaten, komen antisemitische ideeën en opruiing veelvuldig voor in vrijdagpreken en in artikelen in door Hamas uitgegeven publicaties. Bovengenoemde Hadith figureert geregeld in geschriften en werd onlangs nog door een kind in een TV programma aangehaald (zie bijvoorbeeld “Blood libels on Hamas TV“).

In 2003 verkondigde sjeik Ibrahim Mudayris het volgende, uitgezonden op PA TV:

“Allahs vloek ligt op de Joden. (…). Het is een historisch feit dat de Joden niet tevreden zijn totdat zij erin zullen zijn geslaagd wereldwijd burgeroorlogen te hebben veroorzaakt. Zij waren het die de VS ervan overtuigden oorlog tegen de islam te voeren onder het voorwendsel van bestrijding van terrorisme. (…) Zij hitsten Europa en zelfs de Arabische naties op om oorlog tegen de islam en de moslims te voeren. Wij waarschuwen jullie, Arabieren en moslims, voor de kanker die zich al naar Palestina heeft uitgezaaid, opdat het vervolgens niet naar de Arabische en islamitische naties uitzaait (…). Het is aan jullie om waakzaam te zijn, want onze strijd is niet alleen met de Israëlische regering, maar met iets van veel grotere omvang; het is met het wereldzionisme, dat de besluitvormers regeert. Het wereldzionisme regeert de Veiligheidsraad, de Amerikaanse regering en andere naties op deze wereld. (…) In de woorden van de Profeet: ‘vandaag zullen wij hen aanvallen en niet zij ons’ en hij reinigde Medina van Joden. Is voor de Arabieren en de moslims niet de tijd aangebroken om hetzelfde met de Israëlische joden te doen? Is voor hen de tijd niet aangebroken om hun landen en landstreken van de joden te zuiveren, zodra zij het gezegende Palestina van hen ontdaan hebben?”

Op een conferentie samen met Sjeik Yousef Al -Qaradhawi zei Hamas leider Khaled Meshaal het volgende (uitgezonden op Al Jazeera TV op 16 juli 2007):

“I want to make it clear to the West and to the German people, which is still being blackmailed because of what Nazism did to the Zionists, or to the Jews. I say that what Israel did to the Palestinian people is many times worse than what Nazism did to the Jews, and there is exaggeration, which has become obsolete, regarding the issue of the Holocaust. We do not deny the facts, but we will not give in to extortion by exaggeration. As for the Zionist holocaust against the Palestinian people, and against the peoples of the Arab and Islamic nation – this is a holocaust that is being perpetrated in broad daylight, with the coverage of the media of globalization. Nobody can deny it or claim that it is being exaggerated.”

Hamas vertegenwoordiger Osama Hamdan zei in augustus 2007 in een interview:

“We are making the preparations for a confrontation. This is not because we need to be prepared for an Israeli act of aggression – after all, aggression is intrinsic to this entity – but because the final goal of the resistance is to wipe this entity off the face of the Earth. This goal necessitates the development of the capabilities of the resistance, until this entity is wiped out.”

Op 18 april 2008 werden op Al Aqsa TV (de Hamas zender) de Joden zelfs verantwoordelijk gehouden voor de Holocaust:

Narrator:
“The disabled and handicapped are a heavy burden on the state,” said the terrorist leader, Ben Gurion. [Zionist leader – Israel’s first PM]

The Satanic Jews thought up an evil plot [the Holocaust] to be rid of the burden of the disabled and handicapped, in twisted criminal ways.
[Picture: Holocaust death camp, dead bodies]

While they accuse the Nazis or others so the Jews would seem persecuted, and try to benefit from international sympathy. They were the first to invent the methods of evil and oppression.”

Dit zijn zomaar een paar voorbeelden. Zonder veel moeite te doen is een veelvoud van dergelijke uitspraken van Hamas leiders te vinden, opruiende teksten in vrijdagdiensten, op TV en in Palestijnse schoolboeken.

Het handvest van Hamas baseert zich op een strikte interpretatie van de Koran en de Soenna (overleveringen van de profeet). Er is daarin geen ruimte de Jihad als innerlijke strijd op te vatten of om enig compromis te sluiten met de ongelovigen. Het beste dat Joden en christenen wordt aangeboden is de zogenaamde dhimmi status: men kan bescherming krijgen onder de islam maar heeft niet dezelfde rechten als moslims. Deze status moet veelal worden afgekocht met een speciale belasting, en men blijft tweederangs burgers. Ook in tijden dat Joden het in islamitische landen goed hadden en hun cultuur bloeide, waren zij zich hun kwetsbare positie terdege bewust.

In het handvest, artikelen en preken van Hamas ideologen en sjeiks worden veelvuldig Koranverzen aangehaald die oproepen om Joden en ongelovigen te doden, verwensingen en vervloekingen van met name de Joden, de suprematie van de islam, en de plicht tot de heilige strijd.

Het bestaan van Israël, van een natie op land dat vroeger de islam toebehoorde, maar waar de moslims nu in de minderheid zijn en een ondergeschikte positie innemen, is strijdig met de wereldvisie van de (radicale) islam. In de islamitische visie is de wereld verdeeld in Dar al-islam en Dar al-harb. Dit laatste betekent letterlijk ‘huis van de oorlog’, waaronder de niet-islamitische wereld wordt verstaan. Volgens de jihadisten moet deze door de islam worden overmeesterd. Israël is daarbij bijzonder belangrijk, omdat het midden in de Arabische wereld ligt, en omdat de islam de Joden als minderwaardig beschouwt. Israël wordt bovendien vaak gezien als een complot van het Westen tegen de islam en de Arabische wereld, als een manier om deze te blijven overheersen.

Volgens sommigen is er sprake van een fundamenteel conflict tussen Joden en de islam, waarbij gewezen wordt op antisemitische passages in de Koran, die op hun beurt een gevolg waren van de strijd tussen Mohammed en de Joden. Mohammed had aanvankelijk respect voor de Joden en bood hen bescherming aan als zij zich zouden bekeren en hem als profeet erkennen. Zijn leer bouwde voort op het jodendom en christendom, en de oorspronkelijke gebedsrichting was richting ‘Syrië’, waarmee op Jeruzalem zou zijn gedoeld. Zij wezen hem echter af en daarop raakte hij verbitterd en liet sommige stammen uitmoorden of maakte ze tot slaven. Daartegenover staan in de Koran ook verzoenende uitspraken en hebben de Joden het in de islamitische wereld betrekkelijk goed gehad. Het is echter een feit dat antisemitisme onder Arabieren veelvuldig voorkomt, dat kranten en vrijdagpreken bol staan van het antisemitisme en allerhande complottheorieën, en dat bijvoorbeeld een meerderheid van de bevolking in de Arabische landen gelooft dat Israël of de VS achter de aanslagen op het WTC en Pentagon zaten. Het huidige Arabische antisemitisme is een combinatie van islamitisch antisemitisme uit de Koran en geïmporteerd Europees antisemitisme (dit gebeurde met name sinds de jaren ’30, toen de nazi’s Arabische steun zochten en sommige Arabische leiders steun van de nazi’s in hun strijd tegen het Westerse imperialisme).

De beruchte Hamas TV muis Farfoer die kinderen opriep tot Jihad

Jihad en martelaarschap

De Jihad en het martelarenschap staan centraal in de ideologie van Hamas. Het martelarenschap is het sterven in de heilige strijd voor Allah. De Jihadstrijder die voor de zaak van Allah sterft wordt een ‘shahied’ en hoeft de kwellingen van het graf niet te ondergaan, maar gaat rechtstreeks naar het Paradijs. Daar wordt hij beloond met 72 zwartogige maagden, eeuwige jeugd en potentie, en ook mag hij 70 familieleden voor de Hemelse voordracht uitverkiezen. Veelal wordt betwist dat Palestijnen die aanslagen plegen hierin zouden geloven of dit om deze beloningen te verkrijgen zouden doen, en soms wordt deze suggestie alleen al als ‘islamofobisch’ van de hand gedaan. Aanslagen worden om verschillende redenen gepleegd, maar er zijn verschillende getuigenissen van zelfmoordterroristen die op het laatst werden onderschept en verklaarden hierin te geloven en daarom ook in het geheel niet bang voor de dood te zijn. Hoewel armoede en uitzichtloosheid vaak als belangrijkste oorzaken van zelfmoordaanslagen worden beschouwd, blijkt uit onderzoek dat leden van Palestijnse terroristische groeperingen gemiddeld hoger opgeleid zijn en in een betere sociaal-economische positie verkeren dan de gemiddelde Palestijn. Hetzelfde geldt overigens ook voor de 26 plegers van de aanslagen op 11 september.

Een Hamas aanhanger vertelt: “Een hoge, ondoordringbare muur scheidt ons van hemel of hel. Allah beloofde een van de twee aan ieder van zijn schepselen. Maar op deze manier, door het indrukken van een knop, kan je onmiddellijk de poort tot de hemel openen. Het is de snelste manier daarheen (…) Wij verkeerden in een voortdurend rituele toestand. Wij vertelden elkaar dat de Israëli’s ons zouden doodgeselen als zij wisten hoe gelukkig wij waren. Dit waren de gelukkigste dagen van mijn leven. (…) Wij dreven en zwommen met het gevoel dat wij de eeuwigheid binnengingen. Wij hadden geen twijfel. Wij zwoeren een eed op de Koran, in de nabijheid van Allah, dat wij niet zouden aarzelen. Deze jihadbelofte wordt ‘bayt al ridwan’ genoemd, naar de hemel die voor de profeten en de geheiligden gereserveerd is. Ik weet dat er andere vormen van Jihad zijn, maar deze weg is de zoetste, de zoetste van allemaal. Heilige daden, als die in naam van Allah worden begaan, doen minder pijn dan een muskietensteek.”

Het martelaarschap is een belangrijk begrip in de Palestijnse samenleving. Alle Palestijnen die in de strijd tegen Israël zijn gestorven, ook de plegers van zelfmoordaanslagen, worden als martelaar geëerd. De posters van deze mensen sieren de muren en de woningen, en straten en pleinen worden naar hen vernoemd. In de kranten, ook die die onder controle staan van de Palestijnse Autoriteit, worden ’top’ terroristen zoals Hamasleider Rantisi of Imad Mughniyeh (de vermoorde nummer twee van Hezbollah) geëerd als martelaren, als zij die voor Allah zijn gestorven en alle moslims vervullen van trots.

Uit het voorgaande blijkt dat het Handvest, in tegenstelling tot wat sommigen beweren, geen dode letter is, en Hamas leiders geregeld extreme posities innemen. Daartegenover staan gematigder uitlatingen, waarin men zegt niks tegen Joden te hebben maar voor bevrijding van de bezette gebieden te strijden en voor Palestijnse rechten. Vaak wordt daarbij in het midden gelaten welke bezetting men precies bedoelt en ‘Palestijnse rechten’ houden op zijn minst een onvoorwaardelijk recht op terugkeer in van alle vluchtelingen en hun nakomelingen.

Het Palestijnse eenheidsakkoord, gesloten na bemiddeling van Saoedi-Arabië, en het Palestijnse gevangenenakkoord, een verklaring van gevangenen van zowel Fatah als Hamas om tot verzoening tussen beide te komen, blinken allebei uit in ambiguïteit. Nergens wordt gesproken van vrede met Israël of een tweestatenoplossing, maar men heeft het wel over een Palestijnse staat binnen 1967 grenzen.

Hoedna

Hamas heeft meermaals een hoedna oftewel bestand aangeboden aan Israël. Yassin stelde in de jaren ’90 voor het eerst een langdurig bestand voor in ruil voor de bezette gebieden. Dit aanbod is later herhaald, vaak ook met de eis tot terugkeer van alle vluchtelingen en hun nakomelingen en de vrijlating van alle Palestijnse gevangenen. Zelfs zonder deze laatste eisen is dit voor Israël geen reële optie: alle bezette gebieden en Oost-Jeruzalem opgeven in ruil voor een wapenstilstand die verbroken kan worden en sowieso na een aantal jaren afloopt. Het is, aldus Hamas woordvoerders, aan de generatie na hun te bepalen of ze de gewapende strijd voortzetten. Een woordvoerder heeft zelfs gezegd dat in de tussentijd naar vrede kan worden gezocht. Maar ondertussen kan Hamas zich ongehinderd op een eventuele vervolgstrijd voorbereiden, en een formidabel leger opbouwen. Hezbollah heeft in 6 jaar tijd tienduizenden raketten gesmokkeld en op Israël gericht, en had een heel netwerk aan ondergrondse bunkers en gangen gebouwd. Is er, gezien het bovenstaande, een reden te geloven dat Hamas dat niet zal doen?

Er wordt in dit verband ook wel gewezen op het islamitische concept van de ’taqiyeh’, dat het toestaat om bijvoorbeeld een bestand met een vijand te verbreken zodra je sterk genoeg bent om hem te verslaan. Als voorbeeld wordt vaak de profeet zelf aangehaald, die in 727 met zijn leger naar Mekka oprukte, maar nog niet sterk genoeg was om de daar levende polytheïsten te verslaan. Hij sloot een tienjarig bestand met hen, dat hij twee jaar later verbrak en alsnog aanviel en de stad veroverde. Nog los van de discussie in hoeverre dit een specifiek islamitisch concept is, is er niet zo heel veel verbeeldingskracht voor nodig om te bedenken dat als Hamas (en andere groeperingen of landen) zich ooit sterk genoeg voelen om Israël te verslaan, men dat niet na zal laten. De haat tegen Israël in de Arabische wereld is gigantisch, en islamitisch gefundeerd of niet, men ziet dit land, dat voor de Arabieren een diepe vernedering is, liever vandaag dan morgen verdwijnen. Zowel islamitische minachting voor de Joden als uit Europa geïmporteerd antisemitisme als Arabisch nationalisme spelen daarin een rol. Hoewel de bezetting aan de haat tegen Israël zeker bijdraagt, is zij er geenszins de oorzaak van. Israëlische concessies hebben die haat niet doen verminderen, en al in de jaren ’20 en ’30 trokken door de moefti opgehitste menigtes moordend en plunderend door de Joodse wijken van steden in Palestina.

Bronnen en verdere informatie over Hamas

Op deze website 2008-2009:


© Dit artikel is copyright Israël-Palestina Informatie, afgezien van onderdelen waarvoor andere bronnen worden vermeld. Voor overname gelieve kontakt met ons op te nemen via het e-mail adres. Beperkte citaten voorzien van een link naar deze webpagina zijn toegestaan.

 

Comments are closed.