IMO Blog
Onlangs vroeg iemand me of ik niet eens wat over de protestantse kerk en de discussie aldaar over Israel wilde schrijven. Ik ben daar altijd huiverig voor geweest. Ik geloof nou eenmaal niet zo erg en dan zeggen al die discussies over de landsbelofte en de onopgeefbare band en het heil dat al dan niet in Israel zit je allemaal niet zoveel. Voor mij ligt het bestaansrecht van geen enkel land in een religieus boek of profetie of belofte van een Opperwezen, dat we ook niet even kunnen vragen hoe het nu eigenlijk precies bedoeld was en welke grenzen hij in gedachten had en wat voor regeling men met de andere inwoners van het gebied moet treffen? Dat het zo makkelijk niet ligt, en we niet alles uit de bijbel letterlijk moeten nemen, erkennen christenen vaak ook wel, zoals bijvoorbeeld blijkt uit dit artikel van Henk Vreekamp naar aanleiding van de pas gepresenteerde bundel ‘meervoudig verbonden’.
En dan het eerste deel. Doen Bijbel en theologie er toe in een conflict als tussen Israël en Palestijnen? Ik herinner me uit mijn synodetijd dat een debat weer eens vast was komen te zitten tussen twee fronten van opgestapelde bijbelteksten. Waarop een afgevaardigde de vergadering toeriep: ‘Zonder Bijbel minder heibel’. Misschien een verlossend woord op dat moment. Maar geen laatste woord.
De bundel opent met een intrigerende maar niet eenvoudige bijdrage van de Joodse geleerde Shaul Magid onder de titel ‘Subversie als Bijbelse crux’. Het komt er op neer dat we de Bijbel niet als afgerond front moeten zien waaruit twee partijen elk hun argumenten putten om zich vervolgens in te graven. De clou, aldus Magid, is dat ons meningsverschil in de Bijbel zelf is terug te vinden.
Deze relativering klinkt gezond maar de vraag rijst dan wel hoe je het probleem wel moet benaderen. De mensen in de kerk die van de zogenaamde landsbelofte af willen en een kritischer houding tegenover Israel voorstaan gebruiken daarvoor een paar argumenten:
Alles goed en wel, aldus Arjan Plaisier, maar één ding ligt voor de kerk onwrikbaar vast. ‘In Jezus Christus is alles nieuw geworden’. Hij reageert op Robert W. Jenson van wie de bijdrage is opgenomen ‘Naar een christelijke theologie van het Jodendom’.Plaisier vertaalt het nieuwe in Christus naar de vraag of de landbelofte nog geldt voor Israël. ‘De hand wordt overspeeld wanneer met te grote stelligheid wordt betoogd dat deze ‘landbelofte’ onverkort blijft gelden, zeker wanneer dit nader ingevuld wordt als de belofte van een Rijk van Israël in Palestina, met Jeruzalem als hoofdstad’
Oftewel: wanneer er tegenstrijdige dingen over de Joden en Israel in de Bijbel staan kiezen we voor het Nieuwe Testament en niet voor de Joodse uitleg. Dat is heel wat minder open en verdraagzaam dan de visie van Magid die juist geen partij wil kiezen op grond van de Bijbel. Het andere argument is dat de kerk het Palestijnse leed meer serieus moet nemen vanuit de christelijke naastenliefde en het gebod te strijden tegen onrecht, en dat het internationaal recht moet worden toegepast. Dat laatste is dan weer een wat profane gedachte, want dat recht is door mensen bedacht en wordt ook steeds bijgesteld en aangepast. Daarbij wordt vaak nogal selectief gewinkeld in het internationale recht, en Palestijns-Arabische schendingen daarvan genegeerd. En de idee dat naastenliefde vooral tot meer aandacht voor Palestijns leed zou moeten leiden vind ik ook nogal eenzijdig. De Palestijnen lijden meer onder het conflict dan de Israeli’s, maar hebben dat zelf mede veroorzaakt door ieder compromis in het verleden af te wijzen. Opvallend is ook het stilzwijgen van deze mensen wanneer Arabieren Palestijnen doden of onderdrukken, of wanneer Palestijnen zelf minderheden zoals christenen onderdrukken. Landbelofte of niet, de kerk heeft gezien het verleden juist ook een plicht om de Joden te steunen en achter een sterke en veilige Joodse staat te staan. Niet kritiekloos, maar wel constructief en begripvol. Dat is momenteel helaas niet het geval.
Vaak wordt de Joden en christenzionisten verweten dat zij aan een belofte van 3000 jaar geleden vasthouden, of erger nog, dat zij wanneer het hun uitkomt de Bijbel erbij halen. Anja Meulenbelt (aanwezig bij de presentatie van voornoemde bundel) schrijft:
Het is pas later dat de zionisten de bijbel ontdekten als een ideologisch wapen in de strijd; het verhaal gaat dat Ben Gurion zou hebben gezegd: “God bestaat niet, maar hij heeft ons wel Israel beloofd.”
In oorsprong, betoogt Veldhuis, staat Israel voor een geloofsgemeenschap die principieel niet aan bloedverwantschap en etniciteit verbonden is, en al helemaal haaks staat op het latere uit het westen afkomstige nationalisme. Tijdens de discussie haalde Veldhuis nog het boek aan van Yakov Rabkin, In naam van de Thora, dat voor mij ook een eye-opener was, en duidelijk maakt waarom oorspronkelijk de orthodoxe joden niets zagen in het zionisme. Met militaire macht een staat veroveren, omdat die ‘beloofd’ zou zijn, staat haaks op het verhaal dat God de enige is die kan beslissen of de joden aan hun opdracht hebben voldaan om daar te mogen wonen. (En zo vinden we midden in Israel nog steeds joodse gemeenschappen die de staat Israel niet erkennen, ik kom daar nog op.)
Juist ja. Het zionisme had nou eenmaal geen enkel ander argument en dus greep men maar op de Bijbel terug. Meulenbelt merkt terecht op dat het zionisme van oorsprong seculier is, en het bediende zich dan ook altijd van seculiere argumenten (vandaar dat men ook botste met de orthodoxe Joden in Palestina). Het zionisme streefde naar een Joods nationaal thuis dat ingebed was in het internationale recht. Om dat te bereiken zocht men de goedkeuring van de machthebbers van toen en van de voorloper van de VN, de Volkenbond. En dat lukte. Nadat eerst de Britten via de Balfour verklaring al hadden aangegeven dat er in Palestina een Joods nationaal thuis gesticht zou worden, nam de Volkenbond dit een paar jaar later over in het mandaat voor Palestina dat men de Britten toekende. De VN stelde in 1947 deling van het gebied in twee gelijke delen voor; de Joden accepteerden dat en de Arabieren wezen dit af, en in 1949 werd Israel toegelaten tot de VN. In 1967 oordeelde de VN dat Israel zich moest terugtrekken uit bezette gebieden in ruil voor erkenning en veilige grenzen. Allemaal internationaal recht, maar daar zul je Meulenbelt c.s. niet over horen.
Daarnaast beriepen de zionisten zich op nationale argumenten, zoals dat de Joden als volk recht hebben op zelfbeschikking en hun lot in eigen handen willen kunnen nemen (in het VN handvest staat bovendien dat volken recht hebben op zelfbeschikking). Daarbij verwezen ze naar de lange geschiedenis en binding die de Joden met het geografische gebied Palestina hadden, waar bijna onafgebroken Joden hebben gewoond en groepjes Joden heentrokken. Men had het zelden over dat dit land de Joden beloofd was, dat is een hardnekkige mythe die antizionisten graag in stand houden om de werkelijke en veel sterkere argumenten van het zionisme te verdoezelen (hetzelfde geldt voor de mythe dat de spreuk ‘een land zonder volk voor een volk zonder land’ van de zionisten afkomstig was en zij daarmee de aanwezigheid van Arabieren in het land ontkenden).
Het is bijna lachwekkend dat Meulenbelt de orthodoxe Joden aanhaalt om haar gelijk aan te tonen. Er zijn inderdaad nog steeds orthodoxe gemeenschappen die Israel niet erkennen en tegen de staat ageren. Ze zijn het afgelopen jaar een paar keer luidruchtig de straat op gegaan. Ze eisen vrijstelling van de militaire dienstplicht, en vrijstelling van de plicht te werken voor hun geld, en worden hun leven lang gesubsidieerd door al die vermaledijde zionisten die wel werken en hun leven wagen in het leger. Ze eisen torenhoge subsidies voor hun religieuze scholen en grote gezinnen, waar intolerante leerboeken ze leren dat het land van hun is omdat God het aan Abraham heeft beloofd, en dat je vrouwen die niet kuis genoeg gekleed zijn mag bespugen. Okay, ik generaliseer, maar de grootste onverdraagzaamheid tegenover vrouwen, Arabieren en iedereen die niet wenst zich aan hun normen aan te passen, komt wel uit deze hoek. En die mensen haalt mevrouw Meulenbelt aan als bewijs dat de zionisten niet deugen??
Meulenbelt schrijft:
Maar dit is duidelijk: het Israel waar het om gaat is het land, waar ook, waar Israel kan leven volgens het recht en de gerechtigheid van de Thora. Israel is dus niet primair een etnisch volk, het gaat niet over bloedverwantschap, en het land is ook geen bezit dat Israel zich op etnische gronden kan toe-eigenen. De God van Israel is geen God van ‘bloed en bodem’, schrijft Veldhuis scherp.
Dus als ik het goed begrijp bepleit Meulenbelt hier een Joods-religieuze staat gebaseerd op de wetten van de Thora? ‘Het recht en de gerechtigheid van de Thora’ klinkt mooi, maar daar staan dus fraaie zaken in als oog om oog, lijfstraffen, en de systematische achterstelling van vrouwen. Ik kan mij moeilijk voorstellen dat zij zo’n staat zou zien zitten, maar alles lijkt geoorloofd tegen het zionisme dat ze zo verafschuwt. Overigens lijkt het me een sprookje dat het oude Israel niet op etniciteit was gebaseerd, want er wordt al vroeg gesproken van de 12 stammen van Israel. Stammen lijken me nu juist wel gebaseerd op bloedverwantschap. Dat gold overigens ook voor andere volken in die tijd, van de Filistijnen en de Egyptenaren tot de Assyriërs. Maar het is natuurlijk altijd leuk om Israel en ‘bloed en bodem’ in een zin te kunnen noemen.
Zelfs wie vindt dat de joden er recht op hebben om in dat land als joden te leven – ik heb daar geen enkele moeite mee, en ik heb behoorlijk wat documentatie waaruit blijkt dat de oorspronkelijke Palestijnse bevolking dat ook niet had – zou het toch de vraag moeten zijn of dat moet via de vestiging van een nationalistische staat die op etnisch-religieuze gronden de ene etnische groep voorrang geeft boven de andere. Waarbij de vraag of de mensen waar het om gaat überhaupt nog religieus zijn al niet meer speelt, maar wel de bijbel er bij gehaald moet worden om hun alleenrecht, hun bezitsrecht te verdedigen. De bijbel als contract voor onroerend goed. Was dat echt de bedoeling?
Zonder die eigen staat was het niet mogelijk om Joden op grote schaal naar Palestina te laten komen. Dat was in al die eeuwen daarvoor, toen het er allemaal zogenaamd zo vreedzaam aan toe ging, vaak niet mogelijk. In de eerste plaats waren de middelen van bestaan zeer beperkt, en de meeste Joden die er woonden leefden van de donaties van andere Joden. Ze konden zichzelf daar niet in leven houden. Dat was natuurlijk maar op een heel beperkte schaal mogelijk. Deze mensen waren bovendien arm en de kans dat je dood ging aan een nare ziekte was groot. Om dat te veranderen was organisatie nodig, en dus een georganiseerde beweging die in Palestina een levensvatbare gemeenschap kon opbouwen. Een kernidee van het zionisme was daarbij dat Joden in hun eigen levensonderhoud zouden voorzien en zelf het land bewerken. In de tweede plaats viel het met die harmonie wel mee. In 1837 was er een grote pogrom in Safed, en dat was niet de enige of de laatste keer. Veel Joden die naar Palestina kwamen werden bekeerd tot de islam. Volgens sommigen ging het hierbij om niet geringe aantallen, en zouden daarom grote aantallen Palestijnen van Joden afstammen. De Palestijnen waren eventueel bereid om een kleine groep Joden als dhimmi’s in hun midden te dulden, op voorwaarde dat zij zich koest hielden en geen lastige eisen gingen stellen zoals het recht om bij de Klaagmuur te bidden en er – heaven forbid – op Yom Kippur de shofar te blazen. Meulenbelt heeft er wel degelijk moeite mee dat Joden als gelijkwaardige en vrije mensen in hun land leven en in vrijheid hun geloof uitoefenen, want dat kon alleen door de politieke en militaire macht van het zionisme. Overigens was een flinke groep zionisten aanvankelijk voor een binationale staat en niet voor een Joodse meerderheidsstaat. Dit veranderde onder invloed van de Arabische gewelddadigheden en opstanden, vooral de grote opstand van 1936-1939, waaruit overduidelijk bleek dat de Arabieren geen enkele behoefte hadden om op een gelijkwaardige basis met de Joden samen te leven in Palestina. Dat vrijheid en gelijkwaardigheid van de Joden alleen met militaire macht afgedwongen konden worden is natuurlijk een triest gegeven, en er waren zionisten van het eerste uur die deze prijs te hoog vonden en dan maar liever van hun rechten en vrijheid afzagen. Het heeft allemaal in ieder geval weinig met de Bijbel te maken en alles met een legitiem verlangen om terug te keren naar het land van hun voorvaderen en vooral om in vrijheid te kunnen leven. Dat de zionisten die wel als rechtvaardiging gebruikten is dan ook een fabel.
Als er een volk is dat een hoge prijs heeft moeten betalen voor het statenloos zijn, waren het wel de Joden, en daar kregen sommigen al ruim voor de Holocaust nogal genoeg van. Het gaat er inderdaad niet om of die mensen religieus waren, maar om het feit dat ze zich als Joden met elkaar verbonden voelden, dezelfde cultuur en gebruiken en identiteit deelden, en natuurlijk dat ze elders werden uitgekotst, wat erg aan het gevoel van verbondenheid zal hebben bijgedragen. Meulenbelt kan of wil niet begrijpen wat de kern is van een Joodse staat en de Joods nationale beweging, en beweert te pas en te onpas dat een Joodse staat per definitie anti-niet-Joden is en op etnische superioriteit gebaseerd moet zijn. Alsof wij ook alleen maar Nederlands kunnen zijn door ons tegen buitenlanders af te zetten. In iedere natie-staat zijn er spanningen tussen verschillende bevolkingsgroepen, vaak ook religies en soms speelt taal een grote rol zoals in België. De natie-staat is zeker geen perfect model, en overal is in meerdere of mindere mate sprake van discriminatie van minderheden. Om daaruit te concluderen dat juist (en alleen) de Joden dan maar moeten afzien van hun nationale rechten, is niet alleen onlogisch maar ook anti-Joods.
Ik ben deze blog begonnen in reactie op de discussie in de PKN over de band met Israel en kom uit bij het zionisme. Dat is natuurlijk geen toeval. Voor mij ligt daar de legitimiteit en het bestaansrecht van Israel: in het streven naar onafhankelijkheid en nationale vrijheid, zoveel mogelijk in overeenstemming met de internationale gemeenschap en met gelijke rechten voor iedere Israelische staatsburger. De fouten die Israel maakt, de spanningen tussen seculieren en religieuzen, de discriminatie van Arabieren, de halfslachtige opstelling tegenover de eigen (religieuze) extremisten, zij zijn allemaal niet van dien aard dat ze Israel het basale recht op zelfbeschikking ontzeggen. Indien dat het geval was konden we de meeste staten morgen opheffen, en zeker alle Arabische.
Zowel Joden, moslims als christenen gebruiken soms religieuze argumenten om hun standpunten en claims te rechtvaardigen. Deze zijn per definitie niet overtuigend voor hen die die religie niet aanhangen en die God niet aanbidden. De notie dat alleen Joden zich op religieuze argumenten zouden beroepen is nonsens, en juist de zionisten braken met de oude religieuze tradities. Dit alles staat los van de discussie die binnen de PKN kerken wordt gevoerd, en de spanning tussen de band met Israel en de Joden die zowel vanuit religieuze als morele gronden van groot belang is, en de huidige mode om vooral solidair te zijn met de Palestijnen en hen als de ultieme underdog te zien.
Ratna Pelle