= IMO Blog =
Onlangs is ophef ontstaan over de deelname van het Nederlandse ingenieursbureau Royal Haskoning DHV aan een waterzuiveringsproject in Israel. Nee, niet in Israel, in Oost Jeruzalem, en daarom heeft de Nederlandse regering Haskoning geadviseerd om uit het project te stappen. Want volgens de nieuwe Europese richtlijnen, waar Nederland graag op vooruitloopt, mag geen medewerking worden verleend aan projecten over de Groene Lijn, die op een of andere manier de daar wonende Israeli’s kunnen bevoordelen. Dan werk je immers mee aan de bezetting, en dat is een doodzonde, erger dan handel drijven met schurkenstaten als Iran en Syrië en mensenrechtenschenders als Rusland en China.
Wat is er aan de hand? De Kidron vallei is een ernstig vervuild gebied. Het riviertje de Kidron stroomt van Oost Jeruzalem naar de Dode Zee, en zowel Israeli’s als Palestijnen lozen er hun afval en rioolwater. Dit maakt het gebied onleefbaar en tast de vele historische monumenten aan. Er wordt al jaren over een oplossing gepraat, en verschillende Israelische (milieu)instanties, de lokale (Palestijnse) gemeenschap, en de ministeries van zowel Israel als de PA waren betrokken bij plannen om een waterzuiveringsinstallatie te bouwen. Haaretz beschrijft een bijeenkomst met vertegenwoordigers van beide kanten in een Arabisch dorp direct aan de rivier, waar het ‘steering committee’ plannen presenteerde. Er is in dat artikel nog geen sprake van Royal Haskoning als uitvoerder, dat is wellicht daarna pas besloten. Wel wordt beschreven dat het gezuiverde water vooral de Palestijnse gemeenschappen ten goede zal komen. De Palestijnse vertegenwoordiger gaf echter aan dat hij niet wilde dat het gezuiverde water ook Israelische nederzettingen ten goede zou komen. Een artikel in Jewish Journal stelt:
According to a recent survey by the Israel Parks and Nature Authority, over 90 percent of sewage from Palestinian towns flows untreated into 162 kilometers of rivers and streams, polluting groundwater aquifers shared by two nations in this fractious land. This means that over 50 million cubic meters of untreated sewage flows into rivers and streams from Palestinian towns (with only 5 million cubic meters treated by largely substandard plants). Israeli settlements in the West Bank compound the problem by releasing about 13 percent of their sewage untreated.
Most of the sewage can be converted to useable agricultural water. The facility will not only purify the sewage, it will return purified effluent back to the farms of the valley for agricultural and tourism development. Using proven wastewater recycling technology will solve this problem; Israel already recycles 85 percent of its wastewater. Technology transfer to the Palestinians will mean they can stop pumping scarce groundwater for agriculture needs and have greater resources for economic growth, food exports, and new jobs from tourism. Cooperative work by Israeli and Palestinian experts and local officials have already documented how this could work by setting up a sub-sovereign integrated water basic management district that would benefit all enhanced economic activity in the region without compromising eventual border issues. More than 14 major Transboundary Rivers like the Rio Grande, Danube, Elbe, the Mekong and many others are all managed in this way that minimizes conflicts through integrated water basin management.
Je zou zeggen: een nuttig en noodzakelijk project dat alle mensen in de regio, in meerderheid Palestijnen, ten goede zal komen. Maar Nederland heeft principes, en je moet nooit de werkelijkheid laten prevaleren boven mooie principes op papier. Overigens valt op die papieren principes sowieso al het nodige af te dingen. Het principe is dat Nederland vindt dat er een Palestijnse staat moet komen op de gehele Westoever, inclusief dat deel van Jeruzalem dat Jordanië in 1948 veroverde en waaruit de Joodse bevolking werd verdreven en haar huizen en synagoges verwoest.
De idee achter dat principe is dat de Palestijnen recht hebben op een staat in dit gebied omdat de VN dat zegt, omdat er in meerderheid Palestijnen wonen, omdat men valselijk denkt dat hier vroeger ook een Palestijnse staat was of omdat je nou eenmaal van een grens uit moet gaan en de wapenstilstandslijn van 1949 ligt dan redelijk voor de hand, omdat hij tot 1967 als de facto grens heeft gefunctioneerd. Met name in Oost Jeruzalem gaat dit idee echter mank, omdat de gehele oude stad, met de Klaagmuur en andere belangrijke Joodse plaatsen, volgens deze redenering ‘bezet Palestijns gebied is, en dat is simpel gezegd nonsens. De toekomst van Jeruzalem is een zeer lastige kwestie, omdat heilige plaatsen voor beide volken zo dicht op elkaar staan, en omdat Arabische en Joodse wijken dwars door elkaar liggen. Iedere vorm van deling zal zeer lastig te handhaven zijn en de bewegingsvrijheid van de lokale bevolking inperken, een reden dat veel Arabieren in Jeruzalem er niet voor zijn.
Naast Jeruzalem is een probleem met de nieuwe richtlijnen dat Nederland, en de EU, daarmee vooruitlopen op een oplossing. In alle tot nu toe voorgestelde vredesplannen zou Israel enkele nederzettingenblokken houden, waarvoor de Palestijnen geheel of gedeeltelijk gecompenseerd zouden worden. Ook wordt nagedacht over de mogelijkheid dat sommige nederzettingen Joodse dorpen onder Palestijns gezag zullen worden, zoals er nu veel Arabische dorpen in Israel liggen. De PA moet daar echter vooralsnog niks van hebben. Het is dus nog niet duidelijk wat de toekomstige grenzen tussen Israel en Palestina zullen worden, en dit is iets wat in de vredesbesprekingen verder uitgewerkt moet worden. Het is één ding als de EU aangeeft in welke richting zij een oplossing ziet maar wat anders als zij die aan de partijen oplegt en daarbij de huidige situatie compleet negeert.
Israel heeft op dit moment het gezag in de zogenaamde C-gebieden, ca. 60% van de Westoever, waar ook de Israelische nederzettingen liggen. Dit gezag is in principe legitiem en vastgelegd in de door de internationale gemeenschap ondersteunde Oslo Akkoorden. Het was weliswaar bedoeld als tijdelijke oplossing totdat de partijen via onderhandelingen tot een duurzame oplossing zouden zijn gekomen, maar het valt zeker niet alleen Israel aan te rekenen dat die oplossing er niet is gekomen. Juist Israel deed vergaande voorstellen in Camp David, terwijl Arafat uiteindelijk overal nee op zei en de tweede intifada steunde.
Nederland gaat met deze maatregel dus in tegen afspraken uit een in het westen positief gewaardeerd vredesplan, waarvoor zowel Rabin als Arafat de Nobelprijs kregen. Volgens sommigen druist Nederlands interventie daarmee in tegen het internationale recht dat men zegt juist te willen handhaven, ook omdat dit Israel als bezetter juist verplicht om adequate voorzieningen te treffen voor de inwoners van door haar bezet gebied. Daarbij hebben de richtlijnen, indien zo toegepast, racistische trekjes. Want het is natuurlijk niet tegen de richtlijnen wanneer Palestijnen profiteren van een Nederlandse bijdrage aan een project over de groene lijn, integendeel. Ondanks de crisis geeft de EU veel geld uit aan projecten voor Palestijnen.
Het probleem is dat er ook Israelische autoriteiten, en vooral, Israelische nederzettingen die aan de Kidron liggen, bij betrokken zijn, en zij, God verhoede, misschien ook wat schoon water zullen kunnen gebruiken om hun vermaledijde kolonistenwaar te kunnen besproeien. En daarom is het beter een project waar veel Palestijnen van zullen profiteren stop te zetten dan het risico te lopen ook enkele kolonisten te bevoordelen. Ooit zei Golda Meir: “We will only have peace with the Arabs when they love their children more than they hate us.” Misschien komt er pas vrede wanneer de EU en Nederland de Palestijnen meer liefhebben dan dat ze de kolonisten haten. Nog beter natuurlijk is het wanneer men Palestijnen en Israeli´s evenzeer liefheeft en met oog voor beide partijen en de fouten van beide naar het conflict kijkt. En samenwerking tussen beide partijen wordt gestimuleerd, ook als daar Joden die over de groene lijn wonen bij betrokken zijn.
Het is ongehoord dat Nederland intervenieert om te voorkomen dat er een waterzuiveringsinstallatie wordt gebouwd die honderdduizenden mensen, in meerderheid Palestijnen, van een groot probleem afhelpt. Daarbij lopen diverse oude monumenten gevaar door de ernstige vervuiling, en dreigt een milieuramp. Israeli´s en Palestijnen werken samen om dit probleem op te lossen, waarbij de hulp van Nederlandse ingenieurs is ingeroepen. Wanneer zo´n plan niet voldoet aan de richtlijnen, laat dat de absurditeit van die richtlijnen zien. Nederland en de EU moeten zich niet blindstaren op de kolonisten maar oog houden voor de gemeenschappelijke belangen van beide partijen en vooral van hen die werkelijk vrede willen. Wanneer de antipathie voor een bepaalde groep, in dit geval de kolonisten, de overhand krijgt, komt een evenwichtig en effectief beleid van de EU en Nederland in het gedrang. Een duidelijker voorbeeld was nauwelijks denkbaar geweest.
Ratna Pelle