Op 27 maart werd in de Gooi en Eemlander een opiniestuk van Ronald Frisart gepubliceerd onder de titel ‘Israël’.
In de lead wordt opgemerkt dat PvdA-Kamerlid Timmermans aandacht vraag voor wat Frisart zelf een dieptepunt op de schaal van politieke betamelijkheid noemt, namelijk dat Israël de betrekkingen met de Mensenrechtenraad op 26 maart had verbroken. De VN Mensenrechtenraad had zich op 19 maart tegen de Israëlische nederzettingen uitgesproken en een onderzoek aangekondigd. Maar van werkelijk verbreken kan geen sprake zijn. Verbreken van de betrekkingen is volgens NRC correspondent in Israël, Leonie van Nierop, te sterk uitgedrukt:
“Israël heeft zijn ambassadeur bij de mensenrechtenraad niet teruggeroepen. In feite is de reactie nu dezelfde als drie jaar geleden, toen Israël niet wilde meewerken aan het VN-onderzoek naar het offensief in de Gazastrook.”
Verder In zijn opiniestuk merkt Frisart onder meer op, dat ‘nu de Mensenrechtenraad van de VN een Israël onwelgevallig standpunt inneemt, Jeruzalem daar doodleuk over beweert dat die Raad bevooroordeeld is. Er zijn echter genoeg en gegronde redenen voor Jeruzalem om vast te stellen dat de Mensenrechtenraad met twee maten meet.
Mensenrechtenorganisaties zeggen dat de Raad wordt gecontroleerd door landen uit het Midden-Oosten en Afrika, vaak met ondersteuning van China, Rusland of Cuba. Deze groepen van landen zouden elkaar niet veroordelen. Ook is er een cultuur gericht tegen Israël als bliksemafleider: terwijl de grote mensenrechtenschenders in de raad elkaar buiten schot houden, gaat ongeveer de helft van alle resoluties naar het veroordelen van Israël. De huidige secretaris-generaal van de VN, Ban Ki-Moon, drukte de Raad op het hart alle schendingen van mensenrechten te beoordelen, waar ook ter wereld. Dat heeft helaas niet veel geholpen. De Raad heeft in enkele jaren tijd Israël al meer dan tien maal veroordeeld, maar mensenrechtenschendingen zoals in Tibet, Darfur, Noord-Korea of Zimbabwe werden niet eens in de Raad besproken. (Bron: Wikipedia)
Die feiten liegen er niet om, maar Frisart vindt, dat het met het standpunt van Jeruzalem ten aanzien van de Mensenrechtenraad, ‘niet maller moet’. Dit is echt de wereld op z’n kop zetten. Het is, gelet op de samenstelling, goed te begrijpen dat Israël weigert de Mensenrechtenraad onderzoek te laten doen naar de Joodse nederzettingen op de West Bank. Frisart vindt echter dat Israël zich daardoor in de kaart laat kijken en vergelijkt de Israëlische reactie met die van een dictatuur. Maar het is juist de Mensenrechtenraad die voor zeker de helft bestaat uit ondemocratische landen en vooringenomen is ten aanzien van Israël.
In een opinieartikel mag uiteraard de eigen visie doorklinken. Maar gelet op de feiten kan hieruit maar één juiste conclusie worden getrokken, namelijk dat Frisart ten opzichte van Israël zelf met twee maten meet.
Tj T