feb 182012
 

IMO Blog

Ik had het laten liggen, had er ook eigenlijk geen zin in, maar de onzin die wetenschapsredacteur Marcel Hulspas op 4 februari in De Pers (danwel op zijn ‘persoonlijke blog’) te berde bracht behoeft toch een weerwoord. Ik vind het overigens opvallend dat een wetenschapsredacteur zich in zijn columns meer opwindt over Israel en haar vermeend wangedrag dan over ondeugdelijke onderzoeken, statistieken waarmee gesjoemeld wordt, frauderende wetenschappers etc. Het heeft als bijkomend voordeel dat hij dan over een onderwerp zou schrijven waarin hij thuis is en dus wellicht intelligente dingen te melden heeft, in plaats van op zijn best afgekloven clichés maar soms ook kwaadaardige leugens.

Hulspas begon, onder de veelzeggende titel “Israël, de agressieve failed state”, met de visie dat een preventieve aanval van Israel op Iran niks zou uithalen, en ‘hooguit voor een jaartje vertraging’ zou zorgen, dat Iran daarna bovendien ondergronds verdergaat en dus nog onkwetsbaarder zou worden. In werkelijkheid verschillen de meningen sterk over hoeveel vertraging een aanval zou veroorzaken, wat de risico’s zijn en dus of het van Israels oogpunt gezien een goede zaak zou zijn. Ten onrechte stelde Hulspas dat de ‘verzamelde militaire leiders’ van Israel ook tegen een aanval zijn. Vervolgens stelde hij dat Iran na zo’n aanval natuurlijk terug mag slaan, ook met atoombommen, en dat ze daarom alleen nog maar harder aan een atoombom gaan werken. Iran werkt echter al met al haar vermogen aan een atoombom, en de suggestie dat het pas echt gemotiveerd is een atoombom te maken en Israel aan te vallen nadat Israel heeft aangevallen, is een omkering van zaken. Immers, wanneer er niet zoveel dreigende taal uit Iran zou komen, zou Israel zich niet zo’n zorgen maken en geen preventieve aanval overwegen. Aan de vele kritiek binnen Israel op zo’n aanval kun je aflezen dat men helemaal niet om een nieuwe oorlog zit te springen en er zelfs bang voor is. Alleen de overtuiging dat er echt geen enkele andere manier is om een atoomwapen in handen van een gevaarlijke vijand, die continu van de noodzaak Israel te vernietigen spreekt, te verhinderen, kan tot een eventuele aanval leiden.

Hulspas beweerde vervolgens dat het voorkomen van een Iraans kernwapen een plaatselijk belang is van Israel, en het Europa en de VS ten onrechte dwingt tot strengere sancties. Ook zou het de wereldwijde economische crisis versterken wanneer het tot een aanval over zou gaan. ‘Nog meer crisis, met dank aan Israel’, zo stelde Hulspas cynisch. In werkelijkheid is het evenzeer in het belang van Europa, de VS, de Arabische landen en de Iraanse oppositie dat Iran geen kernwapen ontwikkelt. Iran wordt met een kernwapen oppermachtig en kan zich tegenover de eigen bevolking meer permitteren. Ook in de regio kan het doen wat het wil, en ook Europa en VS doelen liggen binnen raketbereik van Iran. Dat is een constante dreiging, want we weten niet hoe rationeel de mullahs in Iran zijn; bij ieder geschil zal Iran maar even subtiel hoeven te hinten op het feit dat men tegenwoordig een kernmacht is om het Westen te doen inbinden. Wanneer Israel met een preventieve aanval het Iraanse kernprogramma met meerdere jaren kan vertragen, heeft de hele wereld meer tijd om dit tegen te gaan.

Hulspas trakteerde de lezer vervolgens op zijn persoonlijke visie op Israel: het is afgezakt tot een failed state en hij vroeg retorisch of het ongestraft de veroveraar en imperialist mag uithangen. Hij kwam ook wederom met een aantal onjuistheden, zoals dat het leger het grootste deel van de begroting zou opslorpen (6,3% van het BBP volgens Wikipedia) en dat de sociale zekerheid er slechter is dan in andere geïndustrialiseerde landen. Het klopt dat de verschillen tussen arm en rijk sterk zijn toegenomen in Israel en er meer dan in West Europa armoede wordt geleden, maar in veel landen, vooral opkomende economieën zoals India en Brazilië, zijn de verschillen groter en is de armoede schrijnender. Ook India geeft overigens best veel uit aan defensie, terwijl dat geld wellicht beter naar de sloppenwijken van Mumbai zou kunnen gaan. De kosten van de Israelische bezetting, volgens Hulspas 100 miljard in totaal, vallen in het niet bij de Amerikaanse kosten van de oorlog in Irak.

Hulspas heeft natuurlijk gelijk dat de bezetting Israel veel geld kost, en dat er andere problemen zijn, en dat het defensiebudget relatief hoog is, maar Israel een ‘failed state’ noemen is buiten alle proporties. Er zijn veel landen op de wereld die eerder voor zo’n predicaat in aanmerking zouden komen dan Israel, een redelijk welvarende stabiele democratie. Israel heeft bovendien minder onder de crisis te lijden dan de meeste Westerse landen en de economie groeit, er worden naar verhouding van het aantal inwoners meer nieuwe ondernemingen gestart dan in Westerse landen, meer Nobelprijzen gewonnen, meer patenten aangevraagd. Israel zit op technologisch en medisch gebied in de internationale top en doet regelmatig baanbrekend onderzoek en vindingen. Al deze zaken passen niet echt bij het beeld van een ‘failed state’. Overigens zijn ook de Arabieren in Israel, ondanks reële problemen, (ook naar eigen zeggen) beter af dan in de Arabische wereld. Ze kunnen bijvoorbeeld stemmen voor een echt parlement, ze kunnen hoge posities krijgen bij de overheid of de rechtspraak, en ze worden door het hooggerechtshof regelmatig in het gelijk gesteld tegenover de overheid.

Tot slot geeft Hulspas nog een trap na door te doen alsof alle ultra orthodoxen arme kinderen en vrouwen lastig vallen, en iedereen die daar wat van durft te zeggen voor nazi’s uitmaken. Het gedrag van bepaalde ultra orthodoxen is weerzinwekkend, maar het gaat maar om een relatief kleine groep. Iedereen die zich zo misdraagt is er een teveel, maar het is krankzinnig om de gehele ultra orthodoxe gemeenschap neer te zetten als gewelddadige extremisten. Overigens is een deel van de ultra orthodoxe gemeenschap antizionist omdat men vindt dat alleen de Messias een Joodse staat mag stichten.

Hulspas meent dat Netanjahoe de oorlogsretoriek bewust inzet om de seculieren en religieuzen te verenigen: “Een lekkere oorlogsdreiging, een ‘nationaal gevaar’, komt dan erg goed uit.” Met andere woorden: er is helemaal geen reële dreiging, Israel heeft niks te vrezen van Iran, alle dreigementen om Israel van de aardbodem te vegen hoeft men niet serieus te nemen. Dit is allemaal slechts een verzinsel om de boel bij elkaar te houden.

Iran ageert echter al sinds de islamitische revolutie tegen Israel, en zegt op talloze bijeenkomsten in talloze varianten dat het land geen bestaansrecht heeft en zou moeten verdwijnen of dat men het zelf wil vernietigen. Vaak wordt dit als noodzaak voorgesteld voordat de Mahdi, de twaalfde imam en verlosser, terug kan keren en de Dag des Oordeels kan komen. Ook zegt men vaak dat de zionisten de Holocaust hebben misbruikt en overdreven om zo via Europese schuldgevoelens een staat te bemachtigen. Een staat die met een kankergezwel wordt vergeleken, en die alle ellende in de regio en de wereld wordt verweten. De Protocollen van de Wijzen van Zion doen het goed in Iran, en antisemitisme is er op de staats televisie te zien. Maar misschien verschillende de ideeën over Israel (niet over Joden) van Iran niet zoveel van die van Marcel Hulspas en ziet hij daarom het probleem niet zo.

Ratna Pelle

Zie ook:
Dreigementen uit Israel en Iran
Hulspas valt Israel preventief aan

Share