Anti-Zionisme

Laatste update 7-9-2008

Antizionisme betekent ontkenning van het feit dat de Joden een volk zijn en als zodanig recht hebben op zelfbeschikking. Antizionisme is ouder dan de staat Israël en zelfs ouder dan het georganiseerde zionisme. Hoewel antizionisme in het Westen tegenwoordig vooral populair is in linkse kringen, heeft het verschillende ideologische wortels, zoals religieuze, antisemitische en marxistische.

In dit artikel gaan we kort in op de geschiedenis van het antizionisme, verschillende stromingen, Joods antizionisme en de relatie met antisemitisme.


Anti-Zionisme binnen de Joodse gemeenschap

Antizionisten halen vaak Joodse en Israëlische critici van Israël aan, waarmee men zich indekt tegen beschuldigingen van antisemitisme en antizionistische ideeën legitimiteit verschaft. In Israël en binnen de Joodse gemeenschappen is er veel debat over en kritiek op het beleid en de zionistische uitgangspunten, maar het leeuwendeel hiervan is niet antizionistisch. De meeste Joodse antizionisten zijn ofwel ultra-orthodoxen of radikale marxisten, naast een groeiende groep zogenaamde ‘post-zionisten’.

De Joodse verbondenheid met elkaar als volk en met hun land van herkomst zit ingebakken in zowel cultuur als religie. De opkomst van de natiestaten in de 19de eeuw en het groeiende nationaliteitsbewustzijn stelde veel Joden voor een dilemma. Loyaliteit aan het land waar men was geboren of leefde, met de belofte van emancipatie en gelijkberechtiging, leek veiliger dan het vasthouden aan de Joodse identiteit. Sommigen werden christen of seculier, en velen gingen zich Nederlander, Duitser etc. noemen met het Israëlitische of – beter nog – Mozaïsche geloof. Dat men een volk was werd daarbij luid ontkend.

Toen het Zionisme in de loop van de 19de eeuw opkwam, was er aanvankelijk dan ook veel verzet tegen binnen de Joodse gemeenschap: deels uit angst dat dit hun positie in andere landen zou aantasten en tot een toename van het antisemitisme zou leiden, deels omdat men de diaspora als een straf van God was gaan beschouwen, en vond dat alleen de Messias hen kon terugvoeren naar het Beloofde Land, of gewoon omdat men het voor volkomen irreëel hield: Joodse boeren en een Joods leger waren ongekend, en de vele pogingen in de loop der eeuwen van groepen Joden om zich in het heilige land te vestigen waren veelal op mislukkingen uitgelopen. Marxistische Joden waren bovendien anti-nationalistisch, en in de communistische heilstaat zouden Joden volkomen geassimileerd en dus onherkenbaar zijn als aparte groep, zo meende men.

In de vroege 20ste eeuw al gingen veel Joodse organisaties om, toen het antisemitisme onuitroeibaar bleek en tegelijkertijd het doel van het Zionisme niet zo onhaalbaar als gedacht. Juist degenen die te lang dachten dat ze niets te vrezen hadden – waaronder de doorgaans zeer geïntegreerde Nederlandse Joden – werden slachtoffer van de Nazi’s of van andere vervolgingen. Na de Holocaust en de stichting van Israël kregen Israël en het Zionisme ook steun van de meeste religieuze en marxistische Joden. Het toenemend antisemitisme in de Sovjetunie en de Arabische wereld gaf wellicht een laatste zet voor de twijfelaars. Anti-Zionisme bleef voortleven in kleine kring zoals onder de ultra-orthodoxe Naturei Karteh. Ook zijn er Joden die menen dat de stichting van Israël teveel ten koste van de daar levende Arabieren is gegaan en het daarom geen bestaansrecht heeft, en voelen zij zich solidair met de Palestijnse strijd. Israëls bezetting vanaf 1967 en de kolonistenbeweging hebben sommige linkse Joden van het Zionisme doen vervreemden.

Anti-Zionisme en de VN

Het Zionisme en Israël’s bestaansrecht zijn vanaf het begin heftig bestreden door de meeste Arabische landen en de in Palestina wonende Arabieren. Om dit te ‘onderbouwen’ ontkenden zij dat de joden een volk zijn, alswel hun band met het land Palestina. Het verzet tegen Israël raakte steeds sterker vermengd met de Sovjet-communistische ideologie, die Zionisme als een vorm van kolonialisme en Westers imperialisme beschouwde, en Israël als een Apartheidsstaat gebaseerd op raciale superioriteit, in leven gehouden door Westers kapitaal en wapens. De in 1975 door de Algemene Vergadering van de Verenigde Naties aangenomen ‘Zionisme is racisme’-resolutie (zie ook Israël en de VN), is hiervan een direct gevolg. Deze resolutie is herroepen in 1991, maar tot de dag van vandaag zijn dergelijke geluiden in de VN, in Arabische en in linkse Westerse kringen te horen. Ze doken o.a. weer op tijdens het NGO-forum van de World Conference Against Racism in 2001 te Durban, Zuid-Afrika.

Een citaat:

“In de grote demonstratie in Durban op 1 september, georganiseerd door Sangoco, ANC en Cosatu werden veel spandoeken met slogans meegedragen waarvan de prominentste Antisemitisch waren, o.a.: ‘Kill all Jews’ en ‘ The good things Hitler did’. Deze demo eindigde vreemd genoeg bij de Durban Jewish Club, welke door de Zuid-Afrikaanse politie afgeschermd werd met pantserwagens en oproerpolitie nadat het gebouw al eerder geëvacueerd moest worden. Een beschamende gebeurtenis. Een grote demonstratie tijdens de Wereld Conferentie tegen racisme eindigt als een Antisemitische mars waar de Nazi’s trots op hadden kunnen zijn. Tijdens al deze ‘ incidenten’ zwegen de organisatoren van het NGO Forum (Sangoco – De South African NGO Coalition en de ISC – International Steering Committee). Noch zij, noch de Zuid-Afrikaanse autoriteiten grepen in. Dat Antisemitisme in Zuid-Afrika een groot probleem is geworden was ons bekend, het wordt door de nieuwe regering van de voormalige Apartheidsstaat echter angstvallig verzwegen.

Het NGO forum werd officieel geopend door Mercia Andrews, voorzitter van Sangoco. Dit deed zij gekleed in de traditionele Khefiyah, haar vuist in de lucht ‘Free Palestine’ roepend. Hiermee was de toon gezet. Joden werden gediscrimineerd, het zwijgen opgelegd, bijeenkomsten over Antisemitisme en revisionisme werden verstoord en overgenomen door Palestijnse NGO’s en aanhangers. Hen die hiertegen protesteerden werden uitgemaakt voor ‘Zionist pigs lovers’ en ‘Jew lovers’. De meeste NGO’s waren of totaal geïntimideerd of gingen openlijk akkoord met de gang van zaken.”

(Ronald Eissens, Directeur Stichting Magenta, Meldpunt Discriminatie Internet, aanwezig in Durban als reporter van het Internet Center Anti Racism Europe (ICARE), in de Volkskrant van 25 sept.2001.)

Arabisch Anti-Zionisme

De Arabische wereld was grotendeels fel gekant tegen iedere vorm van Joodse zelfbeschikking in Palestina. De meeste Palestijnse Arabieren weigerden met de Zionisten samen te werken en wezen ieder door de Britten of de VN voorgesteld compromis af. Het is begrijpelijk dat men vreesde door de Zionisten te worden onteigend en als tweederangs burgers behandeld te worden als zij een eigen staat zouden creëren, en op tragische wijze heeft juist het felle Arabische verzet sommige van deze angsten bewaarheid. Het is uitzonderlijk dat 60 jaar na de stichting van Israël het verzet en de haat tegen dit land nog steeds alomtegenwoordig is in de Arabische wereld, ondanks de vredesverdragen met Jordanië en Egypte. In beide landen verschijnen regelmatig antisemitische artikelen en berichten in de media, en culturele, economische en toeristische samenwerking verloopt moeizaam. In een aantal Arabische staten kunnen Joden helemaal niet komen, en zelfs Jordanië stuurden in 2008 nog een groep Joden terug omdat zij (in hun koffers, voor niemand zichtbaar) religieuze symbolen bij zich hadden.

Ideologisch gezien berust het Arabische antizionisme op het seculiere nationalisme en pan-Arabisme zoals dat ondermeer door de Egyptische leider Nasser werd vertegenwoordigd, vaak in een socialistisch jasje, en op het islamisme. Joden werden in de Arabische wereld van oudsher doorgaans als tweede klas burgers, als dhimmi’s beschouwd, die bescherming genoten als zij de superioriteit van de islam erkenden en extra belasting betaalden of anderszins een minderwaardige behandeling accepteerden. De mate van discriminatie verschilde sterk per tijd en land. In de Koran staan fel anti-Joodse teksten naast mildere en zelfs zeer tolerante teksten, waarbij de latere teksten een steeds anti-Joodser karakter kregen. Joden werden als minderwaardig gezien, en volgens veel moslims druist de idee dat een minderwaardig volk in het Midden-Oosten, op voormalig ‘islamitische grond’, een eigen staat sticht en over andere moslims heerst, in tegen de koran. Het was voor de Arabische wereld zeer vernederend verschillende oorlogen van een minderwaardig geacht volk te verliezen, zoals het ook vernederend was zo achterop te raken bij het christelijke c.q. goddeloze Westen na de islamitische bloeitijd van de vroege middeleeuwen. Het succes van Israël steekt dieper omdat het zo klein is en in hun midden ligt. Vandaar dat ook de secularisten de Arabische trots wilden herwinnen door Israël te verslaan of op zijn minst flink te vernederen.

In hoeverre de Arabische wereld zich inmiddels bij Israëls bestaansrecht heeft neergelegd is een punt van discussie. Zoals opgemerkt is er nog veel haat jegens Israël, maar de toon is in de meeste landen niet meer zo fel als tot en met de jaren 1970 het geval was. Het verval van de Sovjetunie en de toegenomen Amerikaanse invloed zijn daar debet aan. In 2002 bood de Arabische Liga Israël normalisatie aan in ruil voor alle bezette gebieden inclusief Oost-Jeruzalem en een ‘rechtvaardige oplossing van het vluchtelingenprobleem volgens VN resolutie 194’. Wanneer Arabieren naar deze resolutie verwijzen, doelen zij altijd op het zogenaamde ‘recht op terugkeer’ van de miljoenen Palestijnse vluchtelingen en hun nakomelingen. Afhankelijk van hoeveel van hen zich ook daadwerkelijk in Israël zouden vestigen, betekent dat het einde van Israël op de kortere of iets langere termijn. Volgens veel Israëli’s is dat ook de bedoeling van het ‘recht op terugkeer’ en biedt men dus eigenlijk helemaal geen vrede aan. Bovendien wordt niet van ‘erkenning’ maar slechts van normalisatie gesproken en moet Israël eerst alle gebieden ontruimen en een Palestijnse staat opgezet worden, waarna dan de normalisatie volgt. Toen premier Olmert vorig jaar op het plan reageerde met een aantal reserveringen en voorstelde erover te praten, stelde de Arabische Liga een soort dictaat: Israël moest van tevoren toezeggen het plan in zijn geheel te aanvaarden, waarna slechts over de concrete uitwerking gepraat kon worden.

Anti-Zionisme en kritiek op Israël

Het belangrijkste verschil tussen kritiek op Israël en anti-Zionisme is dat in het laatste geval Israël’s bestaansrecht ter discussie wordt gesteld. Vanwege de bezetting, de verdrijving van Arabieren in 1948, de discriminatie van Arabieren in Israël, en om tal van andere redenen zouden de Joden hun recht op zelfbeschikking verliezen. Waar kritiek op al deze zaken volkomen terecht en bovendien ook binnen Israël zelf breed voorhanden is, is de idee dat Israël om deze reden zijn bestaansrecht verliest absurd en volkomen uniek. Kritiek op geen enkele staat gaat gepaard met het ter discussie stellen van zijn bestaansrecht. Veel landen zijn door oorlog en het overwinnen van andere volkeren ontstaan; veel landen discrimineren minderheden; veel landen lappen het internationaal recht aan hun laars; in tegenstelling tot wat anti-Zionisten beweren komen de meeste landen hier makkelijker mee weg dan Israël.

Antizionisten stellen aan Israël hogere eisen dan aan andere landen, en beschuldigen het vaak van genocide op de Palestijnen (zowel vroeger als nu) en een racistische Apartheidspolitiek, en vergelijken het soms zelfs met de nazi’s. Zionisme – Joods nationalisme – wordt vaak voorgesteld als racistisch, exclusivistisch en reactionair, terwijl Arabisch nationalisme juist progressief zou zijn en ondersteuning verdient. Israëlische mensenrechtenschendingen worden feller veroordeeld dan de veel extremere mensenrechtenschendingen in de omliggende Arabische staten. Dergelijke ideeën komen gevaarlijk dicht in de buurt van antisemitisme.

Ondanks de veelvuldige en felle kritiek op Israël en de bezetting, heerst de idee dat kritiek op Israël een soort taboe is en je direct voor antisemiet wordt uitgemaakt als je je hier toch aan waagt. Er zijn zeker mensen die iemand gelijk voor antisemiet uitmaken, zoals sommigen je voor racist uitmaken wanneer je kritiek uit op de multiculturele samenleving of de islam, of voor fascist omdat je tegen kraken bent. Het is echter ironisch dat dit wordt beweerd terwijl Israël het meest bekritiseerde land is, en het enige land waarvan ook veelvuldig wordt beweerd dat het eigenlijk niet gesticht (‘weggegeven’) had mogen worden. Het debat over Israël is sterk gepolariseerd en wordt vaak fel gevoerd, en dat leidt geregeld tot gescheld over en weer. De felle manier waarop critici van Israël zich vaak uitdrukken, waarbij de waarheid soms flink wordt opgerekt, roept ook felle reacties op.

Anti-Zionisme en de Holocaust

Tot op de dag van vandaag speelt de Holocaust een belangrijke rol in de controverse tussen Zionisten en anti-Zionisten. De Holocaust vormde voor Zionisten het ultieme, tragische bewijs dat zij gelijk hadden en dat de enige remedie tegen het antisemitisme lag in het creëren van een veilige haven, een thuisland, waar men zijn lot in eigen hand kon nemen. Assimilatie -zelfs bekering- en het afwijzen van een eigen nationale identiteit had geen Jood gered van de vervolging door de Nazi’s.

Anti-Zionisten hebben de Holocaust echter op verschillende manieren tegen de Zionisten gebruikt, bijvoorbeeld door hen ervan te beschuldigen dat zij te weinig deden om de Joden in Europa te redden, en zelfs door hen van medeplichtigheid te beschuldigen. De Zionisten zouden Hitler hebben gesteund omdat antisemitisme de Joden naar Palestina zou drijven, en dus in hun belang was. Men wijst in dit verband vaak op de Hesder of Haavara overeenkomst die de Zionisten met de Nazi’s hadden gesloten, waardoor zo’n 60.000 Joden uit Nazi-Duitsland naar Palestina mochten emigreren in ruil voor geld. Er zijn verschillende mensen geweest, Joden en niet-Joden, Zionisten en anti-Zionisten, die door overeenkomsten of samenwerking met de Nazi’s hebben geprobeerd om Joden te redden. Oskar Schindler is daarvan wellicht de bekendste, en ook de in 2006 overleden Frits Philips hoort in dit rijtje thuis. Mensen waren wanhopig en wrongen zich soms in rare bochten om iets tegen de massamoord op de Joden te kunnen doen. Men kan er over twisten hoever je hierin kunt gaan, maar de Zionisten vanwege de Hesder medeverantwoordelijk stellen voor de Holocaust is ronduit walgelijk. Als de Zionisten daartoe de macht bezaten, hadden zij Hitler zeker op de knieën gedwongen; naast morele motieven was het uiteraard in hun belang geweest als deze miljoenen Joden niet waren omgekomen, waarvan een deel waarschijnlijk naar Palestina zou zijn geëmigreerd. De Zionisten bezaten deze macht niet; niet in 1933 en niet in 1942. Zij konden slechts oproepen Europa te verlaten zolang het nog kon, en bij de Britten aandringen op versoepeling van de immigratie-restricties naar Palestina (die onder druk van de Arabieren waren ingesteld), en andere landen oproepen hun poorten te openen. (Ook de VS hadden in 1940 de poorten gesloten voor joodse immigratie.) Door dit soort aantijgingen plaatst men zichzelf in de hoek van het antisemitisme, maar reageert als door een wesp gestoken indien men hierop wordt aangesproken. Ook beschuldigt men de Zionisten ervan dat zij de Holocaust teveel voor hun politieke doeleinden gebruiken, en een ‘Holocaust industrie’ hebben gecreëerd. Sommigen gaan zelfs zover de omvang en het unieke van de Holocaust te bagatelliseren: ‘er kwamen zoveel mensen om in de Tweede Wereldoorlog, maar de Joden hebben slechts oog voor wat hun is aangedaan’. In de Arabische wereld, alsmede Iran, komen Holocaust-ontkenningen geregeld voor. De redenering is meestal dat het een verzinsel van de Zionisten is om het bestaansrecht van Israel te rechtvaardigen.

De notie dat Israël is gecreëerd vanwege de Holocaust is wijdverbreid. Anti-Zionisten claimen dat Israël door de internationale gemeenschap, met name Europa, aan de Joden is gegeven uit schuldgevoel over de Holocaust. Dit idee berust op de mythe dat er voor 1945 nauwelijks Joden in Palestina waren, en gaat voorbij aan het feit dat het Zionisme in de 19de eeuw is ontstaan. Hoewel het onmiskenbaar waar is dat de Holocaust de internationale opinie heeft beïnvloed ten gunste van Israël, is het verre van zeker dat dit de allesbepalende factor was. Zonder Holocaust immers, zouden waarschijnlijk miljoenen Europese Joden naar Palestina zijn geëmigreerd die nu in de gaskamers verdwenen. Bovendien was de legitimiteit van een Joods thuis in Palestina al door de Volkerenbond erkend met het toekennen van het mandaat aan de Britten onder die expliciete voorwaarde, en had de Joodse gemeenschap in Palestina al de fundering gelegd voor onafhankelijkheid, zowel in politiek, militair als sociaal-economisch opzicht.

Zionisme wordt soms gelijkgesteld aan Nazisme

Anti-Zionisme en antisemitisme

Zoals uit het voorgaande al blijkt, lopen anti-Zionisme en antisemitisme soms in elkaar over. Hoewel antisemitisme lang niet altijd anti-Zionisme inhoudt (sterker nog, het Zionisme werd door sommige antisemieten gesteund omdat zij van de Joden in hun eigen land af wilden), is anti-Zionisme bijna altijd een vorm van antisemitisme, daar het de Joden een fundamenteel recht ontzegt, namelijk op zelfbeschikking, en daarmee vrijheid en veiligheid. Ook al zijn Joden momenteel misschien veiliger in bijvoorbeeld de Verenigde Staten, de VS kan op elk moment zijn poorten sluiten voor Joodse immigranten, zoals in het verleden op cruciale momenten is gebeurd.

Anti-Zionisten wijzen er op dat er in Europa sinds de Holocaust weinig antisemitisme is, en Joden zowel in Europa, als in de VS, Australië en Canada, als gelijkwaardige burgers kunnen leven en goede posities hebben in de maatschappij. In de eerste plaats is het vreemd dat dit argument wordt gebruikt om Israëls bestaansrecht af te wijzen. Als Marokkanen in Europa niet meer worden gediscrimineerd is dit uiteraard ook geen argument tegen Marokko. Dat is hoe het zou moeten zijn, maar helaas niet is. Als iedere minderheid overal vrij van angst en discriminatie kan leven kunnen we wellicht alle grenzen opheffen. In de tweede plaats is het feit dat na bijna 2000 jaar diaspora en Jodenvervolging, de Joden het gedurende de afgelopen 60 jaar relatief goed hebben geen reden aan te nemen dat dit nu voor altijd zo zal blijven. Europa is nog steeds niet vrij van antisemitisme, en het aantal antisemitische incidenten is de laatste jaren in verschillende landen toegenomen, dit ondanks het feit dat er nog maar weinig Joden in Europa leven en zij nooit geweld gebruiken of hiertoe oproepen. Het is bepaald dubieus dit nieuwe antisemitisme  aan de bezetting toe te schrijven, of aan het feit dat sommige Joden het voor Israël opnemen, en zo Israël en de Joden zelf hiervoor verantwoordelijk te stellen. Het is waar dat antisemitische incidenten toenamen tijdens harde Israëlische represailles in reactie op de intifada, maar dit dient op geen enkele wijze als excuus te worden aangevoerd. Toen Turkije hard optrad tegen Koerdische separatisten, of Marokko tegen de Amazigh die in de West-Sahara een onafhankelijke staat willen, werd dit ook de hier levende Turken en Marokkanen niet aangerekend (en voorzover dit wel zou zijn gebeurd, is dit uiteraard evenmin een excuus). In de derde plaats is het niet aan Europa om te bepalen of Israël bestaansrecht heeft, en Israël continu de les te lezen. We hebben uiteraard het recht andere landen te bekritiseren, zoals zij het recht hebben ons land te bekritiseren, maar het afwijzen van het bestaansrecht van een staat, gesticht door het volk dat in Europa 60 jaar geleden bijna werd uitgeroeid, is op zijn zachtst gezegd niet geheel op zijn plaats.

Anti-Zionisme is ook antisemitisch als het aan Joden, en aan hun staat, hogere eisen stelt dan aan andere landen en volken, wat veelvuldig gebeurt, en als het gebruik maakt van negatieve stereotypering van Joden, zoals wanneer men spreekt van de machtige Joodse lobby die de VS in zijn greep zou hebben, en van de goede posities die Joden in de maatschappij hebben waardoor zij onevenredig veel macht zouden hebben. Soms wordt voor het woord ‘Jood’ ‘Zionist’ ingevuld, om het achterliggende antisemitisme te verhullen.

Dergelijke negatieve stereotyperingen zijn regelmatig te lezen op online discussies en fora.

Naast voornoemde voorbeelden wordt ook wel gesuggereerd dat Joden exclusivistisch zouden zijn, zich beter zouden voelen dan andere volken en zichzelf boven de wet verheven achten.

Tevens wordt als argument door antizionisten aangedragen dat Israël een kunstmatige staat zou zijn. Hierover schrijven Eric Krebbers en Jan Tas in “Tien tips tegen antisemitisme“:

Terwijl dat “eigen volk” geworteld zou zijn in de aarde van het “eigen land”, zouden de joden eeuwig rondzwerven en nergens thuis horen. Een joodse staat zou volgens die redenering hoe dan ook “kunstmatig” zijn. Het is daarom antisemitisch om te doen alsof de Palestijnen een echte band met hun land hebben en de Israëliërs per definitie niet. De Israëlische staat is even “natuurlijk” of “onnatuurlijk” als iedere andere staat.

Een aantal andere landen in het Midden-Oosten is minstens zo ‘kunstmatig’ als Israël. De grenzen van Jordanië, Saoedi-Arabië en Syrië zijn door de koloniale machten getrokken en aan bevriende dynastieën gegeven. In veel landen, ook in Nederland, moest een nationale identiteit worden gecreëerd door midden van nationale symbolen. Israël is daarop geen uitzondering en haar nationale identiteit is niet méér opgelegd of geforceerd dan die van andere landen.

Tenslotte zijn er tal van ‘anti-Zionistische’ websites die zich bedienen van klassieke antisemitische stereotypen, zoals het overdrijven van de macht en invloed van Joden op politiek, media en zakenwereld, en de suggesties over een Joodse c.q. Zionistische lobby of samenzwering. Israël wordt er zelfs van beticht achter 9/11 en de oorlog in Irak te zitten.


© Dit artikel is copyright Israël-Palestina Informatie, afgezien van onderdelen waarvoor andere bronnen worden vermeld. Voor overname gelieve kontakt met ons op te nemen via het e-mail adres. Beperkte citaten voorzien van een link naar deze webpagina zijn toegestaan.


Zie ook op deze website: Zionisme

Zie op Zionism and Israel Information Center:

 

Comments are closed.