Chaya Brasz*
Voorzitter Robert Soeterik van het Palestina Komitee reageerde (Trouw 18/2) op mijn stelling dat ook Palestijnen recht hebben op duidelijkheid (Trouw 12/2). In zijn stuk komt het woordje ‘recht’ twaalf keer en het woordje ‘vrede’ helemaal niet voor. Hij komt op voor de rechten van het Palestijnse volk. Mijn situatie is anders. Ik woon in dit gebied en wil een oplossing van het conflict. Voor iedereen. Bij gebrek aan onderhandelingen verdient het plan van de Israëlische Arbeiderspartij om zelf voorlopig een grens tussen Israël en het toekomstige Palestina te trekken, aanmoediging. We weten uit eerdere onderhandelingen ongeveer waar die grens komt. Een grens beëindigt de verdere uitbreiding van nederzettingen in Palestijns gebied en Palestijnen hoeven niet langer in angst te leven nog meer land te verliezen. Dat baant hopelijk de weg naar onderhandelingen. Mijn stelling was dat behalve het nederzettingenbeleid, ook het vluchtelingenprobleem van tafel moet. Het is hypocriet om Palestijnen in de waan te laten, dat massale ‘terugkeer’ naar Israël mogelijk zal zijn.
Robert Soeterik stelt dat het ‘recht op duidelijkheid’ het enige recht is, dat ik de Palestijnen gun. Volgens hem geeft dat “een inkijk in de gedachtewereld van veel Joodse Israëliërs en hun medestanders: het internationaal recht is slechts geldig wanneer dat het belang van Israël dient.” Hij vergeet, dat ik het recht van Palestijnen op een eigen staat erken alsmede het recht van vluchtelingen op compensatie en een plek om hun zelfbeschikkingsrecht te verwezenlijken. Juist zijn opmerking over de gedachtewereld van ‘Joodse’ Israëliërs en de manier waarop hij ons allen over een kam scheert, geeft een stevige inkijk in zijn eigen gedachtewereld. Het Palestina Komitee was nooit voor een twee-statenoplossing, maar uitsluitend voor ‘rechten’ van het Palestijnse volk. De oprichting van een Palestijnse staat náást Israël moet welhaast de grootste angst van het Komitee zijn. Het zou immers bijna twee miljoen, in de Palestijnse gebieden wonende vluchtelingen in Palestijnse staatsburgers veranderen.
Centrale doelstelling van het Palestina Komitee is het ‘recht op terugkeer’ en wel naar Israël, dat werd opgericht om aan Joden recht op zelfbeschikking te geven. Er wonen 75% Joden, 20% Palestijnse Arabieren (moslims) en 5% anderen, samen acht miljoen Israëliërs met staatsburgerschap. Niet alles is er ideaal, maar alle fundamentele vraagstukken staan wel onophoudelijk ter discussie. Een massale instroom van opgehitste vluchtelingen met een vijandige houding tegenover dit land, is een recept voor chaos en geweld. Het maakt wel degelijk – alleen al demografisch – een eind aan de huidige staat Israël.
Onbegrijpelijk is waarom Palestijnse vluchtelingen vanuit Palestijns gebied, waar ze nu wonen en staatsburgers van Palestina zouden kunnen worden, naar opvangkampen zouden moeten verhuizen in een land, dat hen niet wil. De wereld waaruit hun voorouders vertrokken, bestaat niet meer. Het is een illusie en hypocriet om hen in die waan te laten. De bedoeling van de twee-statenoplossing is om zowel aan Joden als aan Palestijnen een veilig bestaan te garanderen. Het elkaar bedreigen met nederzettingen of vluchtelingen, hoort daar niet meer bij.
* Chaya Brasz is historica en schrijfster en woont in Jeruzalem, Israel. Ze was jarenlang verbonden aan het Center for Research on Dutch Jewry van de Hebreeuwse Universiteit in Jeruzalem. Haar opiniestuk van 12-2-2016 en de reactie van Soeterik op 18-2-2016 zijn alleen voor abonnees online te lezen. Haar bovenstaande reactie is niet door Trouw gepubliceerd, en hebben wij hier met haar toestemming geplaatst.