sep 262012
 
Toespraak rabbijn Evers op 4 mei 2011

IMO Blog

Soms doet een column pijn. Ik had een tijdje niks meer van Anton van Hooff gelezen, en dat had ik misschien zo moeten houden. Maar ik werd op zijn column vorige week in de Gelderlander gewezen (jawel Van Hooff, de Joodse lobby aan het werk), en had de indruk dat hij zichzelf in venijn richting Israel en de Joodse gemeenschap in Nederland, overtrof. Ik citeer:

“Soms doet een woord pijn. Zo kreeg ik onlangs een steek van ‘leedroof’, deze term werd in 2011 gebruikt door rabbijn Rafael Evers. Hij beklaagde zich erover dat anderen het waagden hun verdriet te vergelijken met dat van Joden over de zogeheten holocaust. Elk jaar doen zich weer incidenten voor waarbij zelfbenoemde vertegenwoordigers van de Joodse gemeenschap het monopolie op herdenken opeisen.”

Daarna volgt een tirade tegen leden van Federatief Joods Nederland, die naar de rechter waren gestapt om het voornemen van het Vier Mei Comité in Vorden om bij de dodenherdenking ook een rondje langs de daar begraven Duitse soldaten te maken, te laten verbieden. Je kunt het daar mee eens of oneens zijn, maar het lopen langs graven van Duitse soldaten op 4 mei is niet alleen kwetsend voor nabestaanden van Holocaust slachtoffers, maar evenzeer voor verzetsstrijders en anderen die in de oorlog onder de Duitse bezetter te lijden hadden. Joden eisen geen monopolie op, maar wel een belangrijke stem en zij zijn ook het hardst getroffen in de oorlog en het meest systematisch uitgemoord. De laatdunkende manier waarop Van Hooff zich uitlaat over hen en hun lijden relativeert, is grof en beledigend. Natuurlijk mag ook Israel in deze tirade niet ontbreken:

Telkens zien we weer dat critici van Israel de mond wordt gesnoerd met een beroep op het unieke lijden van Joden in de Tweede Wereldoorlog.

Hierop volgt de bekende riedel tegen Israel: landroof, etnische zuiveringen, waterdiefstal en het illegale bezit van atoomwapens. Hij vervolgt:

Mij is het inmiddels onmogelijk een herdenking bij te wonen waar de Israelische vlag wappert. Ook heb ik een gruwelijke hekel aan het woord holocaust, zeker als het op zijn vet Amerikaans als ‘hollokost’ wordt uitgesproken.

Ook hier weer die minachting voor zowel de Joodse staat als Joden die nog steeds worstelen met het onbeschrijflijke leed van de Holocaust.  Hij schreef dit overigens jaren geleden ook al. Na een verhandeling over de Griekse betekenis van dit woord komt dan de uitsmijter:

Holocaust impliceert dus dat het om een uniek offer gaat; het zou beloond zijn door de stichting van de staat Israel. Daarom worden ook in alle grote Amerikaanse steden holocaustmusea gesticht. Gruwelijke foto’s moeten de Joodse Amerikanen, die doorgaans geen familie-ervaringen met de shoah hebben, tot onvoorwaardelijke steun aan Israel bewegen.

De classicus Van Hooff kent zijn klassieke talen niet, want hij zou moeten weten dat ‘Holocaust’ in de Engelse taal al eeuwen gebruikt wordt om massale moordpartijen aan te duiden. De Joden zelf spreken juist bij voorkeur van ‘(Ha-)Shoah’, een Hebreeuws woord voor ‘(de) ramp’.

Van Hooff suggereert via deze valse premisse dat de Joden hun lijden in de Holocaust exclusief willen houden en uitbuiten om daarmee de stichting van de staat Israel en haar misdragingen te legitimeren en kritiek af te weren. Die lijn doortrekkende was het een geluk bij een ongeluk voor de Joden, want nu hadden ze wel mooi een eigen staat, en dat op land waar ze helemaal geen recht op hadden. En wat is meer, ze kunnen in die staat voor eeuwig hun gang gaan en uitspoken met de lokale bevolking wat ze willen, en een ieder die er wat van waagt te zeggen wordt als antisemiet neergesabeld, of beter nog door de Mossad onschadelijk gemaakt. Joden trekken zich toch al zo weinig aan van wat de rest van de wereld vindt, en voelen zich als Uitverkoren Volk boven de wet en ons gojim verheven. Via de Holocaust kunnen ze lastige kritiek afweren zich verzekeren van steun. Die Holocaust kwam ze dus eigenlijk best goed uit, en was een aanvaardbaar offer; het deed even pijn, maar dan heb je ook wat. Dat is de hele tendens van Van Hooffs schrijfsel.

Ik hou niet van de antisemitisme beschuldiging, maar ik vind het moeilijk om deze column niet als antisemitisch te zien. Wat Van Hooff schrijft is niet alleen onjuist, maar ook kwaadaardig. Onjuist omdat Israel al lang voor de Holocaust ‘in the making’ was, en in de jaren 30 al als semi-staat functioneerde. Onjuist ook omdat de Volkenbond in 1922 Palestina als mandaatgebied aan de Britten toewees, met als provisie dat hier een Joods Nationaal Thuis gesticht zou worden. Onjuist omdat de Holocaust op bijzonder tragische wijze de noodzaak van Joodse zelfbeschikking aantoonde, maar deze juist bemoeilijkte omdat het zonder de miljoenen Joden uit Europa moeilijker zou worden om een Joodse meerderheid te vormen in Palestina.

De idee dat Israel is gesticht vanwege de Holocaust, dat de Palestijnen daardoor boeten voor Europese misdaden, en dat de Joden eigenlijk geen recht hadden op een staat, wint steeds meer aan terrein maar is pertinent onjuist. Terwijl de Joden er steeds vaker van worden beschuldigd de Holocaust te misbruiken, een in zichzelf al vrij walgelijke aantijging, wordt de Holocaust zo juist tegen de Joden ingezet: ‘Zij moeten nu extra bescheiden zijn want vanwege de Holocaust kneep de rest van de wereld een oogje dicht terwijl ze de Palestijnen het land uit gooiden.’ Dat er geen oog werd dicht geknepen en er ook niet zomaar Palestijnen werden verjaagd is van ondergeschikt belang. Daar komt dan vaak het cliché bij dat juist de Joden, die als geen ander weten wat het is vervolgd en vertrapt te worden, een ander volk nu niet mogen onderdrukken. Ook deze canard ontbrak niet in Van Hooffs column. Origineel zijn is ook een vak.

De ‘leedroof’ van rabbijn Evers sloeg erop, dat tijdens herdenkingen van de Holocaust en de oorlogsslachtoffers alle mogelijke doden uit de oorlog en andere conflicten erbij worden gehaald, en alle hedendaagse incidenten en gevallen van discriminatie en stigmatisering. Omgekeerd wordt bij hedendaagse bloedbaden te pas en te onpas de Holocaust als spook aangeroepen. De Holocaust op de Joden is inderdaad uniek, qua omvang en systematiek. Het heeft geen pas om bij een herdenking hiervan aandacht te vragen voor foute Nederlanders of Duitse soldaten die ‘ook maar door de omstandigheden gedreven’ aan de verkeerde kant stonden en daarbij het leven lieten. Of om vergelijkingen te trekken met Palestijnse doden of andere bloedbaden elders, evenmin als met discriminatie van moslims, met vermeende hetzes tegen ultra-orthodoxen en kolonisten, of met kritiek op Israël.

Zeker zijn er ook Joden die te pas en te onpas de Holocaust erbij halen, en iedereen die meer dan voorzichtige kritiek op Israel uit voor antisemiet uitmaken. Dat is deels begrijpelijk omdat het nou eenmaal zo’n enorm belangrijke gebeurtenis was voor de Joden, en ze hebben ervaren waar antisemitisme toe kan leiden. Er zijn ook Joden die zichzelf werkelijk als uitverkoren volk beschouwen en neerkijken op anderen. Arrogante zakken heb je nou eenmaal overal, en binnen iedere religie dreigt onverdraagzaamheid. Juist de Joden daarop aanspreken en juist van de Joden verwachten dat zij zich extra ethisch en bescheiden gedragen, is behoorlijk arrogant. Juist niet-Joden zouden uit het verleden lessen moeten trekken en een wat minder grote mond opzetten.

Ratna Pelle

 

Share

  6 Responses to “De Holocaust: leedroof door Anton van Hooff”

Comments (5) Pingbacks (1)
  1. Even een opmerking over het gebruik van het woord Holocaust om de Endlösung of Shoah mee aan te duiden. Dit is, in ieder geval in Nederland, pas in de jaren 70 van de vorige eeuw in zwang gekomen door de Amerikaanse televisieserie met dezelfde naam. Vandaar ook vaak de neiging om het woord op zijn Engels uit te spreken als hollekost. Het wordt ook niet al eeuwen in de Engelse taal gebruikt. Het woord komt van het Griekse Holokauston dat brandoffer betekent.

    • We hebben dit van de Engelse Wikipedia: http://en.wikipedia.org/wiki/Names_of_the_Holocaust
      The word “holocaust” originally derived from the Greek word holokauston, meaning “a completely (holos) burnt (kaustos) sacrificial offering”, or “a burnt sacrifice offered to a god”. In Greek and Roman pagan rites, gods of the earth and underworld received dark animals, which were offered by night and burnt in full. The word “holocaust” was later adopted in Greek translations of the Torah to refer to the olah,[3] standard communal and individual sacrificial burnt offerings that Jews were required[4] to make in the times of the Beit HaMikdash (Temple in Jerusalem). In its Latin form, holocaustum, the term was first used with specific reference to a massacre of Jews by the chroniclers Roger of Howden[5] and Richard of Devizes in England in the 1190s.

      According to the Oxford English Dictionary, the word holocaust has been used in English since the 18th century to refer to the violent deaths of a large number of people, but the earliest attested such usage dates from 1671.[6] In 1833 the journalist Leitch Ritchie, describing the wars of the medieval French monarch Louis VII, wrote that he “once made a holocaust of thirteen hundred persons in a church”, a massacre by fire of the inhabitants of Vitry-le-François in 1142.

      In the early twentieth century, Winston Churchill and other contemporaneous writers used it before World War II to describe the Armenian Genocide of World War I.[7] The Armenian Genocide is referenced in the title of a 1922 poem “The Holocaust” (published as a booklet) and the 1923 book “The Smyrna Holocaust” deals with arson and massacre of Armenians.[8] Before the Second World War, the possibility of another war was referred to as “another holocaust” (that is, a repeat of the First World War). With reference to the events of the war, writers in English from 1945 used the term in relation to events such as the fire-bombing of Dresden or Hiroshima, or the effects of a nuclear war, although from the 1950s onwards, it was increasingly used in English to refer to the Nazi genocide of the European Jews (or Judeocide).

      By the late 1950s, documents translated from Hebrew sometimes used the word “Holocaust” to translate “Shoah”, as the Judeocide. This use can be found as early as May 23, 1943, in The New York Times, on page E6, in an article by Julian Meltzer, referring to feelings in Palestine about Jewish immigration of refugees from “the Nazi holocaust.” By the late 1960s, the term was starting to be used in this sense without qualification. Nora Levin’s 1968 book The Holocaust: The Destruction of European Jewry, 1933-1945 explains the meaning in its subtitle, but uses the unmoderated phrase “The Holocaust”. An article called “Moral Trauma and the Holocaust” was published in the New York Times on February 12, 1968.[9] However, it was not until the late 1970s that the Nazi genocide became the generally accepted conventional meaning of the word, when used unqualified and with a capital letter, a usage that also spread to other languages for the same period.[10] The 1978 television miniseries titled “Holocaust” and starring Meryl Streep is often cited as the principal contributor to establishing the current usage in the wider culture.

  2. Geachte Ratna Pelle,

    Aan jouw reactie hoef ik geen woord toe te voegen.
    Zoals wij hier in Israël zeggen : gegrift in steen!
    Bedankt!

    Jack Klaber
    Ramat Hasharon
    Israel
    voorheen Venlo

  3. Toda Raba Bedankt voor u artikel.
    mirjam
    Haifa
    ISRAEL

    • Normaal zou zo’n reactie in de spam-prullebak belanden, maar ik zie dat we hier van doen hebben met de site van een textiel-kunstenares in Israel, mooi tegengif tegen de Israel-haat van Van Hooff:
      http://www.fibersiv.net/
      Artists’s Statement
      I define myself as a fiber artist. This is an All-inclusive name for creating in flexible materials, using techniques that allow the formation of large surfaces or three-dimensional figures. For me fibers have a lot of human characteristics, they are sensitive and given to influences and manipulations, they respond wonderfully if treated well, they are living matter with a limited life span. Fiber works are one time works, they cannot be reproduced or replicated, each work is special and unique, one can create like works but not identical ones.