apr 022015
 

Gaza-rocket-hit_AI-report-March-2015– Door Tjalling –

Op afgelopen 26 maart kwam een rapport uit van Amnesty International over de oorlog in Gaza tijdens de zomer van 2014. De belangrijkste conclusie daarin was dat Palestijnse strijders in die strijd zeker ook oorlogsmisdaden hebben begaan, door projectielen te gebruiken die lukraak slachtoffers maakten onder zowel Israëlische als Palestijnse burgers. De realiteit omtrent het conflict tussen Israël en de Palestijnen begint nu kennelijk eindelijk een beetje tot A.I. door te dringen.

Uit het rapport “Unlawful and deadly: Rocket and mortar attacks by Palestinian armed groups during the 2014 Gaza/Israel Conflict” blijkt dat verschillende aanvallen vanuit Gaza als oorlogsmisdaden kunnen worden beschouwd. Zo kwamen zes Israëlische burgers, onder wie een 4-jarig jongetje, om het leven. Bovendien kwamen in de dodelijkste aanval vanaf de Palestijnse kant dertien Palestijnse burgers, onder wie elf kinderen, om toen een projectiel dat vanuit de Gazastrook was afgevuurd, in het al-Shati vluchtelingenkamp landde. Taher al-Nounou van Hamas wijst de beschuldigingen van Amnesty van de hand en houdt vol dat Hamas geen burgers tot doelwit heeft gekozen. Hij kan dat te gemakkelijk ontkennen, want er mochten immers geen foto’s worden gemaakt van de strijders. Hamas wil namelijk niet dat de wereld beelden te zien krijgt van Palestijnse strijders die raketten lanceren van tussen de bevolking vandaan of die zich verschuilen in de ziekenhuizen.

Phillip Luther, directeur van Amnesty International van het Midden-Oosten en Noord-Afrika , heeft het rapport ook gelezen en kwam tot de volgende conclusie:

Palestinian armed groups, including the armed wing of Hamas, repeatedly launched unlawful attacks during the conflict killing and injuring civilians. In launching these attacks, they displayed a flagrant disregard for international humanitarian law and for the consequences of their violations on civilians in both Israel and the Gaza Strip.

Dat is duidelijk, en laat dit dan tegelijk een stevige wake up call zijn voor Amnesty, een organisatie die opvallend kritisch tegenover Israël staat. Hoe hard die wake up call aankomt is de vraag, want Luther merkt ook op: ‘De verwoestende impact van de Israëlische aanvallen op Palestijnse burgers tijdens het conflict valt niet te ontkennen’. Tsja, je kunt natuurlijk je werkgever niet afvallen.

Amnesty International pretendeert namelijk “naar een wereld te streven waarin iedereen alle rechten geniet die zijn vastgelegd in de Universele Verklaring van de Rechten van de Mens en andere internationale mensenrechteninstrumenten”. In navolging van deze visie zou het de missie van Amnesty International zijn, om onderzoek te doen en actie te voeren gericht op het voorkomen en beëindigen van ernstige schendingen van deze rechten. Dit alles ziet er op papier of scherm mooi uit, maar het is ook zeer de vraag of onderzoek en actie van A.I. in elk geval tot nu werkelijk onbevooroordeeld waren.

Omstreeks begin maart 2014 heeft A.I. bijvoorbeeld een rapport gepubliceerd over buitensporig geweld door Israël op de Westbank. Dit rapport geeft echter meer de indruk van een public relations stunt dan van een serieus rapport door een mensenrechtenorganisatie. Volgens de vooringenomen logica van het rapport zijn het smijten van stenen, vaak met gebruik van katapulten of slingers, het gebruik van benzinebommen en zelfs het schieten op IDF-soldaten “weinig tot geen bedreiging” van hun levens. Daarom beschouwt Amnesty International elke vorm van machtsgebruik van de IDF tegenover deze acties als moedwillige moord en zelfs als oorlogsmisdaad. Het is dus duidelijk dat A.I. de militaire overmacht van Israël wel sterk bekritiseert zonder stil te staan bij de ernstige schendingen van de Palestijnse kant.

Naar aanleiding van het rapport uit maart vorig jaar kon al de conclusie worden getrokken dat Amnesty dringend behoefte heeft aan een reality check. Het was toen namelijk al bekend dat er In 2013 zo’n vijfduizend gewelddadigheden zijn geweest waarbij stenen werden gegooid, waarvan ongeveer de helft gericht was tegen burgers. In 2011 raakten zelfs 44 mensen gewond bij dergelijke incidenten. In 2012 steeg dit aantal naar 71 en in 2013 steeg het verder naar 132. Hieruit blijkt de dramatische toename van deze zorgwekkende ontwikkeling. In dezelfde periode zijn ook talloze Israëli’s het slachtoffer geworden van schietincidenten, steekincidenten en andere vormen van terreur.

Terug naar het rapport van 26 maart met daarin dus die conclusie dat óók Palestijnse strijders oorlogsmisdaden hebben begaan. Tenminste iets, maar laten we nog niet te vroeg juichen. A.I. zou A.I. niet zijn als het rapport niet toch nog concludeert dat het geweld van Israël disproportioneel was. Er wordt in het rapport niet genoemd, dat de IDF er alles aan heeft gedaan om zoveel als mogelijk het leven van onschuldige inwoners van Gaza te sparen. Bovendien zou zeker ook gerapporteerd moeten worden wie in feite de aanleiding tot die oorlog gaf, door met de dag meer raketten af te vuren op Israël. We zijn er dus nog lang niet.

By the way, hoeveel aandacht was er voor die conclusie van Amnesty International dat Palestijnse strijders oorlogsmisdaden pleegden tijdens de zomer van 2014 in Gaza? In de mainstream van de media werd niet opvallend veel aandacht hieraan besteed. De NOS meldt op 28 maart op haar site dat “tijdens het conflict in Gaza in juli en augustus door raketten van Hamas en andere gewapende groepen ook Palestijnen zijn omgekomen“. In hetzelfde bericht wordt echter ook genoemd dat “Amnesty onderstreept dat de Israëlische aanvallen op Palestijnse burgers een verwoestend effect op de bevolking in Gaza hebben gehad”. In het ND en het Friesch Dagblad zijn artikelen met dezelfde strekking gepubliceerd. Dat Palestijnse strijders oorlogsmisdaden begaan is blijkbaar nog steeds niet echt hot news.

 


Externe links:

Share