aug 122014
 

Hamaskind= Door Ratna =

“De oorlog tussen Israël en Gaza, waarin schokkende beelden meer dan ooit een rol spelen, wordt hier op Amsterdams grondgebied uitgebeeld”, zo schrijft de Volkskrant in een reportage over het protest tegen het Israëlische geweld in Gaza, afgelopen zondag. Die schokkende beelden ontbreken niet in de Volkskrant. Bij een artikel onder de kop: ‘Israël bombardeert Rafah, tientallen doden’ staat een bloederige foto van lijkzakken in een koelcel. Niet erg informatief, wel schokkend. In een artikel van afgelopen maandag ‘Woede over aanval VN school’ zien we een foto met Palestijnse slachtoffers op de grond, mensen die in paniek rondrennen, een met een gewonde jongen in zijn armen. De koppen zijn soms al even ongenuanceerd als de foto’s, en lijken er eveneens op gericht een gevoel van urgentie, dramatiek en een schokeffect te bewerkstelligen. Ook een artikel in de krant van dinsdag heeft dit effect. Palestijnse ooggetuigen doen hier hun verhaal. Zowel de beelden als het vertelde zijn heftig.

De vele burgerdoden en de nijpende situatie van de bevolking in de Gazastrook roept terecht empathie op bij mensen, maar dat zou ook met wat rustiger beelden en koppen gebeuren. De berichtgeving versterkt echter ook emoties als woede en frustratie, toch al ruimschoots aanwezig waar het Israël-Palestina betreft, met als gevolg antisemitische incidenten, bedreigingen en een gevoel van angst onder veel Joden. Helaas geven sommigen hiervan de Joden zelf de schuld.

Een ander Joods geluid

In een fel commentaar op 31 juli hekelde Jaap Hamburger de in zijn ogen kritiekloze houding van de Nederlandse Joden tegenover Israël. Hij is ‘woedend en wanhopig’ over ‘het grootschalige dood en verderf dat Israël voor de derde keer in zes jaar zaait’ en de ‘luidruchtige goedkeuring’ daarvan door Nederlandse Joden, ‘nazeggend wat de betrouwbare Israëlische regeringsvoorlichting en heur trouwe rechterhand in Nederland, het CIDI, hun daarover voorzegt’, zo briest hij. Hij gaat nog een stap verder met de absurde bewering dat het antisemitisme ‘de beste vriend is van sommigen in de Joodse gemeenschap’. Zo hebben ze weer een bestaansreden en kunnen zich laten gelden.

Het artikel voegt niets toe aan ons begrip van het Gaza conflict, de emoties die het hier oproept, mogelijke oplossingen of begrip van verschillende bevolkingsgroepen naar elkaar. Het is een grote tirade tegen de Joodse gemeenschap die zijn mond moet houden of net als hij Israël hard aanvallen. De idee dat wanneer mensen een mening verkondigen die in jouw ogen onjuist en abject is, zij daarmee discriminatie, bedreigingen of erger over zich afroepen, is gevaarlijk. De suggestie dat je voor hun eigen bestwil tiert en waarschuwt, is hypocriet. Hamburger, die economische sancties tegen Israël voorstaat, heeft zich weleens een goede vriend van Israël genoemd, en zijn verhouding met Israël vergeleken met de vader die zijn verslaafde zoon van de drank af wil helpen. Dat Hamburger beter dan Israëlische veiligheidsexperts, politici, rechters en journalisten weet wat goed is voor het land, hoeveel gevaar het loopt en welke afwegingen het moet maken, is aanmatigend. Hamburgers ‘dringende advies’ aan de Joodse gemeenschap om zich krachtig van Israël te distantiëren, keert zich als een boemerang tegen hen.

Voor antisemieten is zo’n stukje in de krant gefundenes fressen. Het bevat de perfecte rechtvaardiging voor hun Jodenhaat. Moeten de Joden ook maar niet zo kritiekloos achter Israël aanlopen en de dood van onschuldige kinderen goedpraten. Schrokken sommige mensen aanvankelijk misschien van dergelijke gedachtes, nu blijkt dat het heel legitiem is zo te denken, en ook helemaal niet antisemitisch, want kijk: zelfs een Jood zegt het en een kwaliteitskrant publiceert het.

Evenwicht

In allerlei conflicten vallen een veelvoud aan doden, onder extremere omstandigheden en gedurende een langere tijd. In diverse landen in het Midden-Oosten en Afrika woeden soms al tientallen jaren bloedige oorlogen tussen rebellen en regeringstroepen, waarbij de burgerbevolking zwaar wordt getroffen en geen kant op kan. Van die slachtoffers zijn zelden beelden te zien, en ze roepen geen boze tirades op in de krant, geen duizenden demonstranten, geen blokkades voor ambassades en consulaten. Israël is nou eenmaal dichterbij, een westers land, waar journalisten vrij en veilig hun werk kunnen doen, de bakermat van verschillende religies en dan is er ook nog de Holocaust en de gevoelens van ongemak die daarbij horen. Antisemitisme is nog steeds aanwezig in de samenleving en steekt tijdens Israëlisch geweld steevast de kop op.

Je zou verwachten dat de media juist in die omstandigheden hun uiterste best doen om evenwichtig te zijn in hun berichtgeving. Dat men aan Israëlische bronnen evenveel waarde hecht als aan (pro)Palestijnse. Dat men probeert uit te vinden hoe zaken echt zitten, wie een UNRWA school heeft geraakt en waarom, hoeveel doden burger zijn en hoeveel strijder, en aanwijzingen dat Hamas haar eigen burgers bewust gebruikt als menselijk schild, serieus neemt. Je zou vooral ook verwachten dat men zich bewust is van het grote verschil tussen Israël en Gaza. In Israël kunnen honderden journalisten relatief vrij rondlopen en met iedereen praten die ze willen. Opvallend vaak wordt met kritische Israëli’s gepraat die het nationalisme en militarisme in eigen land hekelen. Er is een vrije pers en er zijn tal van kritische organisaties die journalisten graag het ‘andere verhaal’ vertellen.

In Gaza daarentegen worden journalisten bedreigd en geïntimideerd wanneer ze Hamas strijders filmen, of het afschieten van raketten van nabij ziekenhuizen en VN faciliteiten. Mensenrechtenorganisaties mogen geen namen vrijgeven van omgekomen Hamas strijders; Hamas heeft de bevolking opgedragen iedereen die omkomt een onschuldig slachtoffer van de Israëlische agressie te noemen. Journalisten kunnen zo niet vrij hun werk doen. In een afgelopen april gepubliceerd rapport wijst Amnesty-onderzoeker Donatella Rovera op de problemen bij verslag doen in oorlogsgebied. Een van de zaken waar ze op wijst is het feit dat lokale getuigen vaak onbetrouwbaar zijn en bewijsmateriaal wordt gemanipuleerd of zelfs gefabriceerd.

Betrouwbare informatie

Dit gebeurt in alle conflicten, maar wanneer de bevolking onder druk staat van de machthebbers om een bepaald plaatje naar buiten te brengen is de kans daarop extra groot. Wat opvalt is dat hier nauwelijks aandacht aan wordt besteed. De Israëlische PR strategieën krijgen vaak volop aandacht, over Hamas wordt nagenoeg gezwegen. Vanwege het totalitaire karakter van het Hamas bestuur in Gaza is het van belang dat journalisten wijzen op de problemen die men ondervindt bij het onafhankelijk berichten over zaken. Het is van belang dat mensen weten dat Palestijnse burgers niet vrijuit kunnen spreken zoals de mensen in Israël, en dat Hamas bewijsmateriaal vernietigt van bijvoorbeeld eigen raketinslagen in gebouwen.

Het is hierdoor, gecombineerd met het oorlogsgeweld, gewoon ontzettend moeilijk om betrouwbare informatie over het gebeurde in Gaza te verkrijgen. Ook de UNRWA en Palestijnse mensenrechtenorganisaties zijn niet per se betrouwbaar en niet neutraal. Bij UNRWA werken veel Hamas sympathisanten. In drie scholen zijn wapens aangetroffen; in hoeveel meer UNRWA gebouwen wapens verstopt zijn kunnen we slechts raden. Er zijn UNRWA voedselpakketten in een tunnel gevonden.

Incidenten

Er zijn diverse voorbeelden van ‘burgerdoden’ die niet zo onschuldig bleken te zijn. Onderbelicht is ook het feit dat een flink deel van de door Hamas afgevuurde raketten (Israël schat zo’n 20 a 30%) in Gaza zelf terecht komt. Deze raketten richten daar meer schade aan dan in Israël, omdat Gazanen geen waarschuwingssysteem hebben en geen schuilkelders en de huizen vaak minder degelijk zijn. Verschillende incidenten die aan Israël werden toegeschreven, waaronder het bombardement op het Shati vluchtelingenkamp, het Shifa ziekenhuis en een UNRWA school, zijn waarschijnlijk veroorzaakt door dergelijke afgezwaaide Hamas raketten. Er zijn ook aanwijzingen dat bij het laatste bombardement waarbij een UNRWA school werd geraakt de Palestijnen zaken in scene hebben gezet en de gedode militanten zijn verplaatst van de plaats waar ze werden geraakt buiten de school naar de binnenplaats van de school. 

Door dit alles te negeren en te focussen op de slachtoffers in Gaza ontstaat een vertekend beeld. Alle dood en destructie wordt onterecht aan Israël toegeschreven, en de woede en verontwaardiging richten zich dan ook slechts op Israël en niet op Hamas. Mensen begrijpen niet waarom een westers land met een sterk leger een hulpeloze bevolking die nergens heen kan zo hard treft; het lijkt op het eerste gezicht zinloze wreedheid. Het is pas te begrijpen als je de achtergronden kent, en de tactieken van Hamas dat bewust vanuit burgerlijke doelen schiet en een commandocentrum onder een ziekenhuis had ingericht. Hamas dat een mega aanslag in Israël met vele honderden, wellicht duizenden doden had kunnen plegen via het uitgebreide tunnelstelsel. Hamas dat nog steeds oproept het hele land te ‘bevrijden’ en de Joden uit te moorden. De bevolking in Gaza zit inderdaad gevangen, maar is minstens evenzeer slachtoffer van Hamas als van Israël.   

 

Share

  2 Responses to “Media wakkeren emoties aan met berichtgeving Gaza”

Comments (2)
  1. typfoutje waarschijnlijk: ‘als een boemerang tegen hen’, moet zijn: tegen hem (Hamburger).
    De laatste zin…. met “minstens evenzeer” is jammer; Ik zou zeggen: maar als slachtoffer van Hamas.
    Verder mooi stuk. Wordt het naar een krant gestuurd? Ik hoop het!

  2. Een goed artikel, maar nergens noem je de NOS nieuwsdienst die de grootste boosdoener is door alle info van Hamas als leidend te brengen en aan het einde van het bericht nog even te noemen dat Israel zegt dat …….
    Ik ben er nog steeds voor om de NOS aan te klagen. In ieder geval bij de raad van de Journalistiek.